Ordening oefenen
1 / 20
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Naar welke kenmerken kijken we bij het indelen van organismen?
Slide 2 - Open vraag
Welk rijk heeft GEEN celkern
A
Dieren
B
Planten
C
Schimmels
D
Bacteriën
Slide 3 - Quizvraag
Bij welk rijk horen de volgende kenmerken; celkern, celwand, geen bladgroenkorrels
Slide 4 - Open vraag
Wanneer horen organismen tot dezelfde soort?
Slide 5 - Open vraag
Wat is een voorbeeld van een ras?
A
Hond
B
Duitse herder
C
Wolf
D
Dingo
Slide 6 - Quizvraag
Op wat voor manier planten bacteriën zich voort?
A
Seks
B
Gaat vanzelf
C
Deling
Slide 7 - Quizvraag
Nuttige bacteriën
Slide 8 - Woordweb
Op wat voor manier planten schimmels zich voort?
A
Seks
B
Deling
C
Sporen
D
Gaat vanzelf
Slide 9 - Quizvraag
Schadelijke schimmels
Slide 10 - Woordweb
In welke 3 stammen wordt het plantenrijk verdeeld?
Slide 11 - Open vraag
Wat is een kenmerk van sporenplanten?
A
Ze hebben geen bloemen
B
Ze hebben geen wortels
C
Ze hebben geen bladeren
D
Ze hebben geen stengels
Slide 12 - Quizvraag
In welke 2 klassen worden de zaadplanten ingedeeld?
Slide 13 - Open vraag
Wat is een kenmerk van naaktzadige planten?
A
Ze hebben bloemen
B
Ze hebben kegels
C
Ze hebben bedekte zaden
D
Ze hebben naaldvormige bladeren
Slide 14 - Quizvraag
7 stammen dierenrijk
Slide 15 - Woordweb
De dieren uit deze stam vangen hun prooi met tentakels
A
Holtedieren
B
Geleedpotigen
C
Gewervelden
D
Sponzen
Slide 16 - Quizvraag
In welke 4 klassen kan de stam geleedpotigen worden ingedeeld?
Slide 17 - Open vraag
Welke klasse van de geleedpotigen heeft 6 poten
A
Duizendpoten
B
Kreeftachtigen
C
Spinachtigen
D
Insecten
Slide 18 - Quizvraag
Wat is een kenmerk van de klasse; zoogdieren
A
Ze leggen eieren
B
Ze zijn koudbloedig
C
Ze hebben een vacht
D
Ze hebben kieuwen
Slide 19 - Quizvraag
Wat zijn kenmerken van amfibieën?
