Instructie naamgedicht

Taal
gedichten schrijven
Naamgedicht 
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
TaalBasisschoolGroep 5

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Taal
gedichten schrijven
Naamgedicht 

Slide 1 - Tekstslide

Doel van vandaag
Je weet wat een naamgedicht is.
Je schrijft een naamgedicht. 

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een naamgedicht?
Een naamgedicht gaat over jezelf. 

Je begint met je naam. Je zet alle letters van je naam onder elkaar.

Iedere letter is het begin van een zin of woord.

De zinnen en woorden gaan over jezelf.
Kijk maar eens naar de voorbeelden. 

Slide 3 - Tekstslide

Voorbeeld

Koekjes eet ik graag
Elke woensdag train ik voor voetbal
En elke zaterdag speel ik een wedstrijd
Spontaan


Kees


Wie heeft dit naam gedicht geschreven? 
Het antwoord vind je onder het vinkje.

Slide 4 - Tekstslide

Voorbeeld

Jarig ben ik in April
Uniek
Fanatiek in voetbal


Juf 
Wie heeft dit naam gedicht geschreven? 
Het antwoord vind je onder het vinkje.

Slide 5 - Tekstslide

Stap 1
Kies of je alleen je voornaam gebruikt, of ook je achternaam. 


Slide 6 - Tekstslide

Stap 2
Zet de letters onder elkaar. 
Kijk naar het voorbeeld.







J
A
S
P
E
R

Slide 7 - Tekstslide

Stap 3
Zoek bij iedere letter een woord of zin. 
Het woord of de zin zegt iets over jezelf. 


Jarig ben ik in December
Aardig
Surfen doe ik graag
Patat is mijn lievelingseten
Eerlijk
Radio DJ wil ik later worden

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Aan het werk!
Pak: Karton, potlood en gum
Maak je naamgedicht
versier je naamgedicht

Slide 10 - Tekstslide

Evalueren
Voorlezen
Hoe was het?

Slide 11 - Tekstslide