Present Perfect

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Je hebt 2 voorbeelden gezien van de PRESENT PERFECT.
Vertel zelf eens hoe deze tijd eruit ziet.

Slide 5 - Open vraag

Slide 6 - Tekstslide

PRESENT PERFECT
Gebruik Present Perfect:
1. iets is in het verleden begonnen en is nu nog aan de gang.
2. iets is in het verleden gebeurd en je merkt nu nog het resultaat.

Voorbeelden:
1. I have lived in New York for seven years now.
    Ik woon al zeven jaar in New York. --> in het verleden begonnen en nog steeds bezig.

2. I have painted the door.
     Ik heb de deur geschilderd. --> in het verleden gedaan en je merkt nu nog resultaat.

Slide 7 - Tekstslide

SIGNAALWOORDEN
FYNE JAS
  • FOR                                  I have lived here for 10 years.
  • YET                                   I haven't seen her yet.
  • NEVER                            I have never seen a pink elephant.
  • EVER                                Have you ever been here before?
  • JUST                                I have just finished paiting the door.
  • ALREADY /  ALWAYS  I have already  done the homework.
                                                 I have always loved reading
  • SINCE / STILL               I have lived here since 2010.
                                                 I still haven't been there.

Slide 8 - Tekstslide

Maak zelf een goedlopende zin met de Present Perfect.

Slide 9 - Open vraag

Hoe vorm je de Present Perfect?
A
stam + ED
B
met het derde rijtje van de irregular verbs
C
stam + S bij he / she / it
D
met has / have + voltooid deelwoord

Slide 10 - Quizvraag

Welke woorden zijn signaalwoorden voor de Present Perfect?
A
never / ever / for / since
B
was / were / been
C
however / although / always
D
when / how / always

Slide 11 - Quizvraag

Welke zin staat in de Present Perfect?
A
My cat finally caught the mouse.
B
His cat hasn't caught a mouse since last year.
C
My dog never catches anything.
D
Did you get caught?

Slide 12 - Quizvraag

Welke zin staat in de Present Perfect?
A
She goes home at 8 o'clock.
B
He fell off his bike.
C
She has caught ten balls so far.
D
They worked all day yesterday.

Slide 13 - Quizvraag

Welke zin staat in de Present Perfect?
A
I love to cycle to school.
B
We often go to church.
C
They haven't seen him yet.
D
I didn't hear him come in.

Slide 14 - Quizvraag

Je hebt uitleg gehad en geoefend
met de PRESENT PERFECT.
Vertel nogmaals hoe deze tijd eruit ziet.

Slide 15 - Open vraag

Vul de present perfect in van het woord tussen haakjes:

She _________ (to live) here for 5 years.

A
live
B
lived
C
have lived
D
has lived

Slide 16 - Quizvraag

Vul de present perfect in van het woord tussen haakjes:

______ you ______ (to see) that movie already?

A
Did you see
B
Did you saw
C
Have you seen
D
Have you saw

Slide 17 - Quizvraag

Vul de present perfect in van het woord tussen haakjes:

I _______ (to sleep) for only three hours.

A
slept
B
have slept
C
has slept

Slide 18 - Quizvraag

Vul de present perfect in van het woord tussen haakjes. Typ je antwoord.
I _______ (to read) a very interesting book.

Slide 19 - Open vraag

Vul de present perfect in van het woord tussen haakjes. Typ je antwoord.
She ________ (to wash) her car so now it's clean.

Slide 20 - Open vraag

Je hebt uitleg gehad en geoefend
met de PRESENT PERFECT.
Vertel nogmaals hoe deze tijd eruit ziet.

Slide 21 - Open vraag


Extra Practice / Homework:

For now:
Please do exercises 12 and 13
either ONLINE (if it works),
or in your workbook on pp. 91-92.

For Wednesday also:
Do exercises 2, 3 and 4 (listening and vocab)
Study words A-C
Study irregular verbs 1-10
AND:
Remember that you have a book test 
next week!

Slide 22 - Tekstslide