3.1 Symmetrie

Welkom
Paragraaf 3.1 Symmetrie
Leg bladzijde 120 voor je open!
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Paragraaf 3.1 Symmetrie
Leg bladzijde 120 voor je open!

Slide 1 - Tekstslide

Wat heb je gisteren gegeten?

Slide 2 - Open vraag

Voorkennis
Wat weet je al?

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Je leert een ander woord voor vouwlijn. 
  • Je leert wat lijnsymmetrie is. 
  • Je leert wat schuifsymmetrie is. 

Slide 4 - Tekstslide

Hoeveel lesdoelen zijn er in deze les?
A
3
B
4
C
5
D
6

Slide 5 - Quizvraag

Uitleg theorie

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

Wat heb je geleerd van dit filmpje?

Slide 9 - Open vraag

Schrift
Neem het voorbeeld over in je schrift.
Het voorbeeld staat bij de volgende dia (deze neem je over).
Nadat je deze overgenomen hebt maak je hiervan een foto en zorg je dat deze hier wordt geüpload. 
(deze dia komt na het voorbeeld).

Slide 10 - Tekstslide


Neem het voorbeeld over in je schrift.
Foto hier uploaden.

Slide 11 - Open vraag

Je kan het!
Enkele oefeningen...

Slide 12 - Tekstslide

Loodlijn
Evenwijdige lijn

Slide 13 - Sleepvraag

Hoeveel symmetrie assen heeft deze figuur?
A
1
B
2
C
4
D
6

Slide 14 - Quizvraag

Hoeveel symmetrie assen heeft dit figuur?
A
2
B
4
C
6
D
8

Slide 15 - Quizvraag

Is deze afbeelding draaisymmetrisch?
A
Ja
B
Nee

Slide 16 - Quizvraag

Welke afbeeldingen zijn draaisymmetrisch?
A
1,2,3,4
B
1,2,4
C
1,2,3
D
1,2

Slide 17 - Quizvraag

Welke afbeeldingen zijn puntsymmetrisch?
A
3
B
2,3,4
C
1,3,4
D
3,4

Slide 18 - Quizvraag

Van een draaisymmetrisch figuur is de kleinste draaihoek 40 graden. Is dit figuur ook puntsymmetrisch?
A
JA
B
NEE

Slide 19 - Quizvraag

Hoeveel symmetrie-assen heeft dit figuur denken jullie?
A
1
B
3
C
4
D
6

Slide 20 - Quizvraag


Welke figuren zijn lijnsymmetrisch?
A
Alleen het vliegtuig.
B
Alleen het verkeersbord.
C
Geen van beide.
D
Allebei.

Slide 21 - Quizvraag

Hoeveel symmetrieassen
heeft deze figuur?
A
1
B
2
C
4
D
8

Slide 22 - Quizvraag


Welke figuren zijn draaisymmetrisch?
A
Alle drie.
B
Alleen 1. en 2.
C
Alleen 1. en 3.
D
Alleen 2. en 3.

Slide 23 - Quizvraag

Wat is de kleinste draaihoek?
A
120°
B
60°
C
180°
D
360°

Slide 24 - Quizvraag

Wat is de kleinste draaihoek?
A
90°
B
72°
C
36°
D
180°

Slide 25 - Quizvraag

Wat is de kleinste draaihoek?
A
30°
B
60°
C
90°
D
120°

Slide 26 - Quizvraag

Wat is de kleinste draaihoek?
A
90°
B
120°
C
180°
D
360°

Slide 27 - Quizvraag

Wat is de kleinste draaihoek?
A
30°
B
45°
C
60°
D
90°

Slide 28 - Quizvraag

Wat is de kleinste draaihoek?
A
30°
B
45°
C
60°
D
90°

Slide 29 - Quizvraag

Welke eigenschappen
heeft deze figuur?
A
Geen symmetrie.
B
Alleen lijnsymmetrie.
C
Alleen draaisymmetrie.
D
Lijnsymmetrie en draaisymmetrie.

Slide 30 - Quizvraag

Welke eigenschappen
heeft deze figuur?
A
Geen symmetrie.
B
Alleen lijnsymmetrie.
C
Alleen draaisymmetrie.
D
Lijnsymmetrie en draaisymmetrie.

Slide 31 - Quizvraag

Welke eigenschappen
heeft deze figuur?
A
Geen symmetrie.
B
Alleen lijnsymmetrie.
C
Alleen draaisymmetrie.
D
Lijnsymmetrie en draaisymmetrie.

Slide 32 - Quizvraag

Welke eigenschappen
heeft deze figuur?
A
Geen symmetrie.
B
Alleen lijnsymmetrie.
C
Alleen draaisymmetrie.
D
Lijnsymmetrie en draaisymmetrie.

Slide 33 - Quizvraag

Sleep de juiste antwoorden naar elkaar.
Vraag: hoeveel symmetrieassen heeft de tekening
1
1
2
4

Slide 34 - Sleepvraag

welke van de figuren is symmetrie's

Slide 35 - Sleepvraag

Welke vormen van symmetrie ken je?

Slide 36 - Open vraag

Wanneer is een draaisymmetrisch figuur ook puntsymmetrisch?

Slide 37 - Open vraag

Huiswerk


Maak in deze les:

Opgave 1 t/m opgave 26 

Bladzijde 120.


Ben je klaar?

Ga dan werken aan de digitale leeromgeving van Getal & Ruimte!


Succes!


Slide 38 - Tekstslide

Nakijken
Je gaat eerst het huiswerk van de deze (of vorige) les nakijken. 
1. Gebruik hiervoor een andere kleur pen. 
2. Zet een krulletje of vinkje bij de opgave die goed zijn. 
3. Verbeter je antwoorden.

Slide 39 - Tekstslide

Maak een foto van je gemaakte sommen

Slide 40 - Open vraag

Maak een foto van je gemaakte sommen

Slide 41 - Open vraag

Wat heb je geleerd van deze les?

Slide 42 - Open vraag

Wat vind je nog moeilijk aan deze les?

Slide 43 - Open vraag

Lesafsluiting
  • Met de volgende opgave kun je laten zien dat wat je geleerd hebt vandaag ook kunt!

  • Klaar voor de quiz? 

Slide 44 - Tekstslide

Sleep de juiste antwoorden naar elkaar.
Vraag: hoeveel symmetrieassen heeft de tekening
1
1
2
4

Slide 45 - Sleepvraag

welke van de figuren is symmetrie's

Slide 46 - Sleepvraag

Tot ziens iedereen

Slide 47 - Tekstslide