Wat is poëzie?

Periode 1
Toetsweek: poëzie ( PTA toets 10%)
Voor een halve punt voordracht van een klassiek sonnet en uitleg voor de klas

Spelling en formuleren



In de les veel aandacht voor poëzie en huiswerk voor Talent.
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Periode 1
Toetsweek: poëzie ( PTA toets 10%)
Voor een halve punt voordracht van een klassiek sonnet en uitleg voor de klas

Spelling en formuleren



In de les veel aandacht voor poëzie en huiswerk voor Talent.

Slide 1 - Tekstslide

Welke elementen heeft een gedicht?

Slide 2 - Open vraag

poëzie is als je het hart opent met een zilveren sleuteltje dat ook op een fietsslot past

Nico Scheepmaker

Slide 3 - Tekstslide







Gera Pronk, dichteres Utrechtse Heuvelrug

Slide 4 - Tekstslide

ik open

als ik dicht

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een gedicht?

Welke elementen zijn nodig op een tekst een gedicht te noemen?

We gaan met elkaar op zoek.


Ik open
als ik dicht

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Waarom is dit wel/niet een gedicht?

Slide 8 - Open vraag

Con sordino
(uit: De wandelaar (1916) Martinus Nijhoff)
 Zij zei tot mij: ‘Je bent een prins in bed’. 
 IJsbloemen waren op het raam gesproeid. 
Ons lichaam, tot ontbinding toe vermoeid, 
  Was tusschen koele lakens in-gebed. 
  De wereld is herboren na dit sneeuwen 
 En ik ben weer een kind na deze nacht. 
 Wees goed voor mijn eenvoudigheid, die zacht 
 Spreekt als een schilderij der middeleeuwen.
    Zie achter dennen het kasteel uitsteken, 
 En aan den einder als een schuine balk 
 Het zonlicht op het vrome landschap breken! 
 Door 't weiland draaft een ridder met zijn lief: 
 Hij fluit de honden, en zij ziet den valk 
 Stijgen, die van haar handschoen zich verhief

Slide 9 - Tekstslide

Waarom is dit wel/niet een gedicht?

Slide 10 - Open vraag

Februarie (Uit: Februarie (1917) Paul van Ostayen)
 Dat is het eerste van de lente in de havenstad: een volle bries van de stroom, 
zo vol als het gelaat van een boerejongen die in een mondharmonika
blaast, 
een bries die over de stad vaart en even onvermoeid is als die
dorpsmuziekant. 
De wind die de eerste maal dit jaar een zelfstandige vreugde heeft
gevonden. 
Enkel wind te zijn, tomeloos, mateloos, ongebonden.
Wind te zijn, te waaien in de boom,
in al de bomen. Geen enkele vertoont groen
en toch is geen enkele nog winterdood. Tijd van de blijde
boodschap, 
zelfstandige tijd die een eigen leven scheppen gaat:
 een eigen geboorte, een eigen leven, oogst en dood.

Slide 11 - Tekstslide

Waarom is dit wel/niet een gedicht?

Slide 12 - Open vraag


 Zij zei tot mij: ‘Je bent een prins in bed’.
 IJsbloemen waren op het raam gesproeid.
Ons lichaam, tot ontbinding toe vermoeid, 
  Was tusschen koele lakens in-gebed.

  De wereld is herboren na dit sneeuwen
 En ik ben weer een kind na deze nacht.
 Wees goed voor mijn eenvoudigheid, die zacht
 Spreekt als een schilderij der middeleeuwen.

    Zie achter dennen het kasteel uitsteken,
 En aan den einder als een schuine balk
 Het zonlicht op het vrome landschap breken!

 Door 't weiland draaft een ridder met zijn lief:
 Hij fluit de honden, en zij ziet den valk
 Stijgen, die van haar handschoen zich verhief

Dat is het eerste van de lente in de havenstad: een volle bries van de stroom,
zo vol als het gelaat van een boerejongen die in een mondharmonika
blaast,  
een bries die over de stad vaart en even onvermoeid is als die
dorpsmuziekant.
De wind die de eerste maal dit jaar een zelfstandige vreugde heeft
gevonden.  
Enkel wind te zijn, tomeloos, mateloos, ongebonden.
Wind te zijn, te waaien in de boom,
in al de bomen. Geen enkele vertoont groen
en toch is geen enkele nog winterdood. Tijd van de blijde
boodschap,
zelfstandige tijd die een eigen leven scheppen gaat:
 een eigen geboorte, een eigen leven, oogst en dood.
vergelijken

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Link

Welke nieuwe inzichten over poëzie heb je gekregen?

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Tekstslide

Poezie 
Wat is poezie?
Antwoord: 
1. Vorm en inhoud versterken elkaar
2. Ritme en klankkleur lijken van belang
3. Emotie is ook belangrijk bij zowel schrijver als lezer

Slide 18 - Tekstslide



Marc groet 's morgens de dingen
Dag ventje met de fiets op de vaas met de bloem
ploem ploem
dag stoel naast de tafel
dag brood op de tafel
dag visserke-vis met de pijp
en
dag visserke-vis met de pet
pet en pijp
van het visserke-vis
goeiendag

Daa-ag vis
dag lieve vis
dag klein visselijn mijn


Dag kruk, dag zeikerds, dag café, 
hé fiets, ha slot, ga nou eens open,
juist. Zeg voorwiel, blijf eens recht,
o handen hou dat stuur nou vast,

dag schots en scheve sterrenbeelden,
vlieg toch niet zo snel voorbij,
dag harde koude kinderhoofdjes
blauwgroen in mijn ribbenkast -

ha die voordeur, leeg portiek,
hoi trap, daar kom ik, stommel stommel,
antwoordapparaat vol ruis,
we zijn weer thuis. Dag twijfelaar,

wat ben je koud en leeg
zo zonder haar.


Pastiche 
van Ingmar Heytze

Slide 19 - Tekstslide

Tot ziens!
❖ Je schrijft je huiswerk op in je agenda
❖ Je ruimt pas je spullen op als je docent dit zegt
❖ Je blijft zitten tot de bel gaat
❖ Je schuift je stoel aan
❖ Je pakt je telefoon uit de telefoontas
❖ Je zegt gedag ☺

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide