3.6 Gezond leven

Herhaling Thema 3
Volgende week staat de toets van Thema 3 gepland dus even een korte herhaling van bs 1 t/m 5!

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Herhaling Thema 3
Volgende week staat de toets van Thema 3 gepland dus even een korte herhaling van bs 1 t/m 5!

Slide 1 - Tekstslide

1. Wat is geen vast bestanddeel van je bloed?
A
Bloedplaatjes
B
Rode bloedcellen
C
Plasma-eiwitten
D
Witte bloedcellen

Slide 2 - Quizvraag

2. Wat is de belangrijkste taak van de rode bloedcellen?
A
Ziekteverwekkers bestrijden
B
Zuurstof vervoeren
C
Je bloed laten stollen

Slide 3 - Quizvraag

3. Wat is de belangrijkste taak van de witte bloedcellen?
A
Ziekteverwekkers bestrijden
B
Zuurstof vervoeren
C
Je bloed laten stollen

Slide 4 - Quizvraag

4. Wat is de belangrijkste taak van de bloedplaatjes?
A
Ziekteverwekkers bestrijden
B
Zuurstof vervoeren
C
Je bloed laten stollen

Slide 5 - Quizvraag

5. Witte bloedcellen hebben wel een celkern, rode bloedcellen niet.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag

6. In welke aders is je bloeddruk het hoogst?
A
Haarvaten
B
Aders
C
Slagaders
D
Poortaders

Slide 7 - Quizvraag

7.
A. Slagaders lopen weg van het hart.
B. Alle slagaders bevatten zuurstofrijk bloed.
A
A = waar B = waar
B
A = niet waar B = niet waar
C
A = niet waar B = waar
D
A = waar B = niet waar

Slide 8 - Quizvraag

8.
A: Hart-longen-hart
B: Hart-organen-hart
A
A= kleine bloedsomloop B= grote bloedomloop
B
A= grote bloedsomloop B= kleine bloedsomloop

Slide 9 - Quizvraag

9. Welke aders hebben kleppen en waarom hebben ze deze?

Slide 10 - Open vraag

10. Hoeveel kamers en hoeveel boezems heeft je hart?

Slide 11 - Open vraag

11. Welke kamer pompt het bloed via je aorta naar al je organan?
A
Rechter kamer
B
Linker kamer

Slide 12 - Quizvraag

12. Welke kamer bevat zuurstofarm bloed?
A
Rechter kamer
B
Linker kamer

Slide 13 - Quizvraag

13. Bloed uit je longen stroomt via de longaders je linker boezem in. Dit bloed bevat .... zuurstof
A
Veel
B
Weinig
C
Geen

Slide 14 - Quizvraag

14. De kamer en een boezem is van elkaar gescheiden door..
A
Halvemaanvormige kleppen
B
Hartkleppen.

Slide 15 - Quizvraag

15. Waar zitten je halvemaanvormige kleppen dan?
A
Tussen beide kamers
B
Tussen beide boezems
C
Bij de harttussenwand
D
Tussen de kamers en de longaders/aorta

Slide 16 - Quizvraag

Thema 3.6 Gezond leven
Thema 3, bs 6: Gezond leven


Slide 17 - Tekstslide

3.6 Gezond leven 
Leerdoelen: 
  • Je kunt aangeven hoe je je hart en bloedvaten gezond kunt houden. 

Slide 18 - Tekstslide

Bloeddruk
- Dit is de druk die op de bloedvaten uitgeoefend wordt tijdens het rondpompen van het bloed.
- Bloed kun je meten met een bloeddrukmeter. 


Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slagaderverkalking
  1. Door een te hoge bloeddruk (langere tijd) kan je bloedvat beschadigen.
  2. Bij zo'n beschadiging komen dan witte bloedcellen en vettige stoffen uit het bloed.
  3. Ze hopen zich op en worden hard door kalk.

Slide 21 - Tekstslide

Welk gevolg heeft slagaderverkalking voor de bloeddruk?
A
De bloeddruk zal dalen, omdat het bloed gemakkelijk door de slagaders kan stromen.
B
De bloeddruk zal stijgen, omdat het bloed gemakkelijk door de slagaders kan stromen.
C
De bloeddruk zal dalen, omdat het bloed moeilijker door de slagaders kan stromen.
D
De bloeddruk zal stijgen, omdat het bloed moeilijker door de slagaders kan stromen.

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Video

Welk bloedvat raakt verstopt bij een hartinfarct?

Slide 24 - Open vraag

Hartinfarct
  •  De toevoer van bloed naar een deel van het hart stopt.
  • Het hart kan zijn werk dan minder goed doen.


 

Slide 25 - Tekstslide

Gezonde leefstijl
Hart- en vaatziekten: verzamelnaam voor ziekten aan hart en bloedvaten.


Hart en vaatziekten
Erfelijke factoren
Andere oorzaken
Niks aan te doen
Gezonde leefstijl
  • Niet roken
  • Drink geen alcohol (niet meer dan één glas per dag
  • Eet gezond en gevarieerd
  • Beweeg regelmatig
  • Voorkom stress en zorg voor voldoende ontspanning

Slide 26 - Tekstslide

Stress?
Veel stress is net zo ongezond als ongezonde voeding, roken of veel alcohol drinken. 
Stress kun je voorkomen door onder andere:
- Tijd maken voor leuke dingen. 
- Opgeruimde omgeving = een opgeruimd hoofd. 
- Zoveel mogelijk vast dag- en nachtritme.
- Neem de tijd voor dingen! Even niks doen is ook prima. 

Slide 27 - Tekstslide

Huiswerk
Basisstof 6
Blz. 223 t/m 229
Opdr: 1 t/m 7
Ik check ondertussen het huiswerk van gisteren (bs 5)

Slide 28 - Tekstslide