2M H1/m5 Formuleren

Toets: Formuleren H.t/m5
  2M2, 2M3, 2M4
Maandag 11-4 


1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Toets: Formuleren H.t/m5
  2M2, 2M3, 2M4
Maandag 11-4 


Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling onderdeel formuleren
Wat weten we nog?
 
- enkelvoudige/ samengestelde zinnen
- verwijswoorden
- trappen van vergelijking 


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe goed beheers je de stof voor de toets 'formuleren'?
Heel goed, paas me die toets!
Ik ken het een beetje, ik gok het erop
Ik ken het nog niet goed genoeg.. ik meld me denk ik ziek

Slide 3 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Het lastigste onderdeel van
'formuleren' vind ik:
enkelvoudige en samengestelde zinnen
verwijswoorden
trappen van vergelijking

Slide 4 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Enkelvoudige en samengestelde zinnen en de persoonsvormen. 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Even opfrissen...De persoonsvorm vind je door:
  • De zin vragend te maken.
    Het eerste woord is de persoonsvorm.
Ik mag geen bier drinken voor schooltijd.   PV=   

  • De zin in een andere tijd te zetten. 
    Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm.
De jongen valt van zijn fiets.  PV= 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Twee soorten zinnen
Enkelvoudige zin (1 pv):
De docent roept de leerlingen.
De leerlingen stoppen met praten.

Samengestelde zin (meer dan 1 pv):
De docent roept de leerlingen en de leerlingen stoppen met praten.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voegwoorden samengestelde zin
voegwoorden gebruiken we om de enkelvoudige zinnen aan elkaar te plakken


en, maar, of, want, dus, omdat, terwijl, zodat, nadat, als, toen

 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe herken je enkelvoudige zinnen?
A
door meerdere persoonsvormen en een of meerdere voegwoord
B
door één persoonsvorm en géén voegwoord
C
ik heb geen flauw idee
D
aan de enkel van de zin

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Samengestelde zinnen hebben twee of meer persoonsvormen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Samengestelde zinnen --> zijn zinnen met meer dan 1 persoonsvorm
wat voor zin is dit?

Ik heb de bus gemist en nu moet ik wachten
A
twee losse zinnen
B
samengestelde zin

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak van de enkelvoudige zinnen een samengestelde zin
Ik leer voor de toets. Jij maakt een spiekbriefje

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de  persoonsvormen en het voegwoord naar de zwarte vakken. Let op: je hoeft niet alle woorden te verslepen. Druk op 'klaar' als je klaar bent.
Persoonsvormen:
Voegwoord
John
kan 
niet meer
pinnen
want
hij 
is
zijn pincode
vergeten.

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verwijswoorden!!!
Het laatste onderdeel
Verwijswoorden.

HUNNIE hebben het gedaan!

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verwijswoorden in een schema!
Kies het juiste verwijswoord:






mannelijk/vrouwelijk? Kijk in het woordenboek.
het-woorden (onzijdig)
het, zijn
dat, dit
de-woorden (mannelijk)
hij, hem, zijn
die, deze
de-woorden (vrouwelijk)
zij/ze, haar
die, deze
meervoud
zij/ze, hen, hun
die, deze

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

opdracht
let op, je krijg zo een filmpje te zien. 
Pak pen en papier en noteer alle verwijswoorden die je hoort.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Link

Deze slide heeft geen instructies

trappen van vergelijking 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

als en dan,
als --> even groot, net zo
voorbeeld: hij is even groot als ik 

dan-->  na de vergrotende trap
voorbeeld:
Maartje is ouder dan ik 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

DUS : Toets: Formuleren H.t/m5
2M1,  2M2, 2M3, 2M4
Maandag 11-4 
veel succes met leren ! 


Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies