Het voegwoord kan de twee enkelvoudige zinnen in het midden verbinden, maar het voegwoord kan ook vooraan staan. --> dan komen de twee persoonsvormen naar elkaar te staan.
De meeste leerlingen komen met de fiets naar school, terwijl er ook leerlingen zijn die met de auto worden gebracht.
Terwijl de meeste leerlingen op de fiets naar school komen, zijn er ook leerlingen die met de auto worden gebracht.
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Vandaag is de laatste dag met verkort rooster. Maandag hebben we weer een gewoon rooster.
Slide 13 - Open vraag
We zitten in de laatste weken zomer. 21 september begint de herfst.
Slide 14 - Open vraag
Werk voor deze les + huiswerk:
Blz. 31, opdracht 3 en 4
+ nakijken en verbeteren met een andere kleur!
Wat niet af is = huiswerk
Stel de volgende les vragen over fouten die je niet begreep!
timer
10:00
Slide 15 - Tekstslide
Lesdoel:
Aan het einde van deze les:
weet je wat er met samengestelde zinnen wordt bedoeld
weet je wat voegwoorden zijn
kun je van twee zinnen een samengestelde zin maken
kan je een samengestelde zin herkennen en formuleren
Slide 16 - Tekstslide
Ik weet wat voegwoorden zijn. Ik weet wat samengestelde zinnen zijn en ik kan die herkennen en formuleren.
😒🙁😐🙂😃
Slide 17 - Poll
Reflectie: Wat ging bij jou goed tijdens deze les? Wat kan nog iets beter?
Slide 18 - Open vraag
Feedback: Wat vond je fijn/goed aan deze les? Wat zou je liever anders willen zien?