Autisme

Autisme
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
Maatschappelijke zorgMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Autisme

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
- Kennis over Autisme
- Methodiek over Autisme
- Begeleiding bieden bij Autisme

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet jij van ASS
(Autismespectrum stoornis)

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is ASS? (Autismespectrum stoornis)
A
Iemand die moeite heeft met veranderingen.
B
Ontwikkelingstoornis.
C
ASS is een verzamelnaam voor elke vorm van autisme.
D
iets wat erfelijk is en in de genen zit.

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer heeft Leo Kanner, Klassieke autisme beschreven als een apart syndroom?
A
1955
B
1943
C
2001
D
1965

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdkenmerken
1. Beperking in de sociale interactie en communicatie
  • Beperkingen in sociale actie
  • Beperkingen in communicatie en taalgebruik
  • Beperkingen in het beeldend (voorstellings) vermogen

    2. Repetitief gedrag en specifieke interesses
  • Opvallende beperkte interesses, gedachten, bezigheden, gehechtheid aan voorwerpen
  • Over of onder gevoeligheid voor bepaalde zintuigelijke prikkels

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beperking in sociale interactie
  • Geen interactie
  • Niet begrijpen, aanvoelen van andere mensen
  • problemen met ontwikkelen, onderhouden en begrijpen van relaties 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beperkingen in de communicatie en taalgebruik
Niet of nauwelijks spreken
Gebarentaal en mimiek is vaak lastig
monotoon praten
woorden verzinnen
napraten
veel herhalingen

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beperking in beelden en voorstellend vermogen
Moeite met het maken van een voorstelling​ van iets wat nog moet komen of wat er niet is​​
Geen of juist teveel fantasie  



Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Repetitief gedrag en specifieke interesse
Opvallend beperkte interesses/ gedachten/ bezigheden / gehechtheid aan voorwerpen​

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Autisme 
- Ruim 1% van de Nederlanders, ongeveer 200.000 mensen, heeft autisme. 
- Autisme de ‘verzamelnaam voor gedragskenmerken die duiden op een 
  kwetsbaarheid op de volgende gebieden: sociale interactie, communicatie, 
  flexibiliteit in denken en handelen en het filteren en integreren van 
  informatie.’
- De meeste mensen met autisme hebben een normale tot hoge 
   intelligentie. Ongeveer 30 % heeft een verstandelijke beperking.


Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken Autisme 
Kenmerken die vaak in verband worden gebracht met autisme zijn:
- moeite met het omgaan met andere mensen
- voor sommige prikkels heel gevoelig, voor andere juist niet
- helemaal opgaan in dingen die je interessant vindt
- niet makkelijk in anderen verplaatsen
- houdt niet van onverwachte veranderingen
- herhaalt sommige dingen vaak
- herkent snel patronen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begeleiding geven bij Autisme
- Structuur bieden,
- Voorkom veel prikkels,
- Zorg voor Voorspelbaarheid.
- Pas je communicatie aan; korte zinnen, duidelijke boodschap.
- Probeer te denken vanuit iemand met autisme (auti-bril)

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Autisme wordt gediagnostiseerd door...
A
DNA-test
B
Bloedonderzoek
C
NIPT test
D
Psychiatrisch onderzoek

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Oude benamingen DSM IV

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vormen van autisme
Klassiek autisme
  • Verbaal zwak.
  • Vreemde taalgebruik.
  • sociaal onhandig.
  • Moeilijk gesprekken beginnen.
  • Verdiep in anderen is lastig.
  • Onzeker, angstig en somber.
  • Specifiek hobby´s en intresses veel kennis hierover.
  • Precies en gedetailleerd werken.
Asperger
  • Goed verbaal communiceren.
  • Volwassen taalgebruik.
  • Taalbegrip minder goed.
  • Moeite met sociale regels en non-verbale communicatie
  • Motorisch onhandig.
  • Taal en cognitief zelfde niveau als leeftijdgenoten.
  • goed oog voor datail.
PDD-NOS
  • Pervasive Development Disorder Not Otherwise Specified.
  • Moeilijk werkelijkheid e fantasie uitelkaar houden.
  • Heel veel prikkels veroorzaken onrust en hierdoor drukte.
  • Geen oogcontact.
  • Houdt niet van aanrakingen.
  • Goed met ruimtelijk inzicht.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar staat PDD-NOS voor?
A
Ik zou het niet weten
B
Peren, Druiven, Dadel, Nectarine, Olijven, Sinaasappel.
C
Pervasive Development Discorder Not Otherwise.
D
Pervasive Development Disorder Not Otherwise.

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hebben mensen met syndroom van Asperger, een normale of hoog normale intelligentie?
Normale intelligentie
Hoge intelligentie

Slide 20 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Structuur bieden en communiceren

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Een methodiek 
"Geef me de vijf" (Colette de Bruin) is een methodiek die je kan ondersteunen in het omgaan met mensen met autisme. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke vijf
Wat gaat er gebeuren 
Waar gaat het gebeuren
Wanneer gaat het gebeuren
Wie doen er mee
Hoe gaan we het doen

Kort met elkaar: een activiteit voor je bewoner(s)

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Waar kan iemand met ASS allemaal door overprikkeld raken?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doe je als je merkt dat iemand overprikkelt is? Wat vooral niet?

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kan jij doen bij overprikkeling
  • Geef iemand met autisme zo min mogelijk prikkels.
  • Praat in korte duidelijke zinnen.
  • Rustige houding
  • Bied veiligheid
  • Trigger wegnemen

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fabels over Autisme
- Autisme is te genezen
- Mensen met autisme willen het liefst alleen zijn
- Mensen met autisme vermijden oogcontact
- Mensen met autisme hebben een verhoogd testosterongehalte
- Mensen met autisme hebben geen empathisch vermogen
- Mensen met autisme hebben geen gevoel voor humor
- Iederéén is een beetje autistisch (streepjescode, alle gebieden)
- Mensen met autisme kunnen het beste repetitief werk doen, met veel structuur en weinig              sociale interactie – zoals bijvoorbeeld de functie van computerprogrammeur




Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Netflixseries over mensen met autisme

Atypical: over een middelbare scholier met autisme
Love on the Spectrum: documentaireserie over autisme en de liefde. 
The Bridge: Zweedse politieserie met in de hoofdrol een autistische vrouw. 
The Victims’ Game: een Taiwanese serie uit 2020 over autisme
Community: comedyserie over een bijzondere vriendengroep die elkaar ontmoeten op community college. Abed is autistisch.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Einde van de les

Slide 32 - Tekstslide

Afsluiting
Bedankt voor je aandacht, je bent nu klaar om te gaan oefenen in de praktijk met het intakegesprek. Vraag vooral op je stage of je eerst mee mag kijken en of je er later zelf 1 uit mag voeren. Dit is ook een BPV opdracht in blok 3.