5.4 - Ecosystemen (A4)

Thema 5 - Ecologie
Atheneum 4
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Thema 5 - Ecologie
Atheneum 4

Slide 1 - Tekstslide

Thema 5 - Ecologie
5.1 - Ecologie op alle organisatieniveaus
5.2 - Organismen
5.3 - Populaties
5.4 - Ecosystemen
5.5 - Veranderende ecosystemen

Slide 2 - Tekstslide

5.2 - Organismen
5.3 - Populaties

Herhaling

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een voorbeeld van een beperkende factor voor een boom?
A
De merels die een nestje bouwen in de boom.
B
De aanwezigheid van stikstof in de lucht.
C
De hoeveelheid water in de grond.
D
De aanwezigheid van konijnen in de buurt.

Slide 4 - Quizvraag

Wanneer spreken we van een biologisch evenwicht?
A
Als de populatiegrootte altijd hetzelfde is
B
Als de populatiegrootte op z'n grootst is
C
Als de populatiegrootte rond een gelijke waarde schommelt
D
Als de dieren in een populatie even zwaar zijn

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een populatie.
A
Een groep soorten.
B
Een groep individuen.
C
Een aantal dieren van dezelfde soort.
D
Een aantal organismen van dezelfde soort.

Slide 6 - Quizvraag

Welke soort heeft het grootste tolerantie?
A
Soort a
B
Soort b
C
Soort a en b, want er is overlap

Slide 7 - Quizvraag

Bij een exoot met een hoog geboortecijfer wordt groei vaak aangeduid in een...
A
S-vormige curve
B
V-vormige curve
C
J-vormige curve
D
Z-vormige curve

Slide 8 - Quizvraag

5.4 - Ecosystemen

Slide 9 - Tekstslide

Doelen van deze paragraaf
Je kunt de voedselrelaties en de informatienetwerken binnen een ecosysteem beschrijven
Je kunt de energiestroom door een ecosysteem beschrijven

Slide 10 - Tekstslide

Voedselrelaties
In een ecosysteem zijn er voedselrelaties: wie eet wie?
Voedselrelaties geef je weer in een voedselketen of een voedselweb.
  • Dieren die elkaar opeten wordt predatie genoemd

Slide 11 - Tekstslide

Voedselrelaties
In een ecosysteem zijn er voedselrelaties: wie eet wie?
Voedselrelaties geef je weer in een voedselketen of een voedselweb.

Slide 12 - Tekstslide

Voedselketen
Voedselketen

Slide 13 - Tekstslide

autotroof





* planten zijn foto-autotroof: zij maken zelf organische stoffen (autotroof) met behulp van zonlicht (foto)
* anorganische stoffen           organische stoffen

Slide 14 - Tekstslide

Chemo-autotroof
Sommige Archeae (en enkele bacterien) zijn chemo-autotroof: in staat om organische stoffen te maken uit anorganische stoffen met behulp van energie uit een chemische reactie.

Slide 15 - Tekstslide

Voortgezette assimilatie

Slide 16 - Tekstslide

Energiestroom
  • Energiestroom = stroom van energie door de verschillende trofische niveaus in een ecosysteem  in een voedselweb geven de pijlen de energiestroom aan
  • Groene pijlen = stroom van stoffen
  • Rode pijlen = stroom van energie

Slide 17 - Tekstslide

Piramide van aantallen
Piramide van aantallen

Slide 18 - Tekstslide

Piramide van biomassa
piramide van biomassa

Slide 19 - Tekstslide

Bruto en Netto Primaire Productie (BPP & NPP)
BPP (Bruto Primaire Productie) = A
NPP (Netto Primaire Productie) = A - R - F = P

Slide 20 - Tekstslide

Vragen

Slide 21 - Tekstslide

Aan het werk
Maken: 
19 t/m 23
Lezen: 
5.5
Begrippen:
vraat
signaalstoffen
voedselketen
predatie
toppredator
voedselweb
voedselnet
trofisch niveau
producenten
assimilatie
koolstofassimilatie
foto-autotroof
chemosynthese
chemo-autotroof
voortgezette assimilatie
consumenten
dissimilatie
detrivoren



Doelen:
Je kunt de voedselrelaties en de informatienetwerken binnen een ecosysteem beschrijven
Je kunt de energiestroom door een ecosysteem beschrijven
reducenten
mineralisatie
piramide van aantallen
piramide van biomassa
biomassa
bruto primaire productie (BPP)
netto primaire productie (NPP)
productiviteit

Slide 22 - Tekstslide