H5 woordenschat

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

H5 woordenschat

Vorige les

Mening

Argument

Conclusie

Leerdoel

Je leert nieuwe woorden

Je weet wat overdrijving is

Je weet wat ironie is.

Startopdracht (bespreken)

Quizlet

Maken

H5 woordenschat: opdracht 1 t/m 4

Klaar?
- Trainen woordenschat

Blooket

Deel 2

Vorige les

Woorden

Blooket

Overdrijven

- Iets extra laten opvallen door het groter, mooier, erger of beter te maken dan het eigenlijk is.

- Figuurlijk taalgebruik 

"Ik hou echt heel erg van pizza. Als pizza geld was, zou ik nu rijk zijn omdat ik er zo vaak over praat."

Ironie

- Iets zeggen op een manier waardoor de lezer weet dat het niet serieus bedoeld is. 

"Ik ben zo blij met mijn nieuwe wekker. Hij maakt me elke ochtend wakker met het geluid van een tikkende tijdbom."

'Je zit alweer een eeuwigheid op je telefoon. Tjonge, wat heb jij je tijd goed gebruikt!'

Maken

H5 woordenschat: opdracht 4 t/m 7

Klaar?

- Trainen