4.3 kracht, massa en versnelling

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

krachten

§4.2 kracht, massa en versnelling 

Lesdoelen

• 4.2.1 Je kunt het verband uitleggen tussen de massa en de traagheid van een voorwerp.
• 4.2.2 Je kunt het verband toelichten tussen de resultante, de massa en de versnelling.
• 4.2.3 Je kunt berekeningen uitvoeren met de tweede wet van Newton: F = m ∙ a
• 4.2.4 Je kunt uitleggen dat de valversnelling voor elk voorwerp in vrije val even groot is.

Eerste wet van Newton

Als de resultante (resulterende kracht) op een voorwerp 0N is, dan blijft het voorwerp met dezelfde snelheid bewegen (of staat het voorwerp stil).

Traagheid

Een voorwerp met een grote massa, heeft een grote traagheid. Dat betekent het voorwerp:

• kan langzamer optrekken
• moeilijker om af te remmen/tot stilstand komen
• kan moeilijker van bewegingsrichting veranderen

De bestuurder maakt alleen de ruiten schoon.
Wat gebeurt er met de sneeuw op het dak als hij voor een stoplicht stevig moet remmen?

1. Alle sneeuw blijft gewoon op het dak liggen.
2. Een deel van de sneeuw schuift naar de achterruit.
3. Een deel van de sneeuw valt achter de auto, op de motorkap van de achterligger.
4. Een deel van de sneeuw schuift over de voorruit.

F_res  =    resultante kracht    (N)

m       =    massa                           (kg)

a         =    versnelling                 (m/s²)

F​res​​=m⋅a

Samenvatting:

• Traagheid - voorwerp gaat beweging tegen, dit is afhankelijk van de massa
• Eerste wet van Newton                                                  dus de versnelling = 0 m/s²

• Tweede wet van Newton

F​res​​=m⋅a

F​mee​​=F​tegen​​

Samenvatting:

• Traagheid - voorwerp gaat 

          beweging tegen

• Tweede wet van Newton

F​res​​=m⋅a

Maken

zie Its learning voor de weektaak.