les 3: globalisering proces tot nu toe + economisch bekeken (2,.3, 2.4 en 2.5)

Deze les
  • globalisering tot 1980 (2.3)
  • globalisering na 1980 (2.4)
  • globalisering economisch bekeken (2.5) (stukje)


Hoe is de internationale arbeidsverdeling veranderd 
(tov koloniale tijd)

Welke ruimtelijke gevolgen heeft de economische globalisering (positief en negatief)
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Deze les
  • globalisering tot 1980 (2.3)
  • globalisering na 1980 (2.4)
  • globalisering economisch bekeken (2.5) (stukje)


Hoe is de internationale arbeidsverdeling veranderd 
(tov koloniale tijd)

Welke ruimtelijke gevolgen heeft de economische globalisering (positief en negatief)

Slide 1 - Tekstslide

Globalisering tot 1980
Hoe is het machtscentrum vanaf de ontdekkingsreizen tot aan 1980 verplaatst?

Hoe heeft de koloniale tijd de basis voor de centrum-periferie verhouding gelegd?


Slide 2 - Tekstslide

Hegemoniale staat
Bekijk deze en de volgende afbeelding en probeer samen een definitie op te schrijven een hegemoniale staat.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

volgens ons is de definitie van een hegemoniale staat....

Slide 5 - Open vraag

Hegemoniale staat =
Land dat grote delen van de wereld domineert op economisch, militair, financieel en cultureel gebied.

Slide 6 - Tekstslide

1
Eerst Portugal+Spanje
Bijna heel Zuid-Amerika.
Roofden goud en zilver.
2
Engels-Nederlandse vloot werd sterker dan Spanjaarden/Portugezen.
= Gouden Eeuw voor NL

Slide 7 - Tekstslide

Koloniale tijd
VOC als eerste 'MNO' (=multinationale onderneming).


Exploitatiekolonie
wingewest (leeggeroofd) 

Vestigingskolonie
Europeanisering


Imperialisme
Doel: uitbreiden grondgebied
NL als hegemoniale staat

Slide 8 - Tekstslide

Band tussen kolonie en  moederland 
werd steeds sterker
2 oorzaken

  • industriële revolutie
  • verbetering transport
economisch + cultureel

Slide 9 - Tekstslide

Hoe centrum en periferie verbonden waren 
tijdens koloniale tijd.
centrum = rijk gebied met veel macht
armer gebied, volgt op wat centrum dicteert.

Slide 10 - Tekstslide

dekolonisatie
De verhoudingen in de wereld veranderen drastisch.

V.S. heeft wereldmacht overgenomen.

Geen kolonisatie maar wel macht bij bijv. olielanden.
Na WOII

Slide 11 - Tekstslide

Globalisering tot 1980
Hoe is het machtscentrum vanaf de ontdekkingsreizen tot aan 1980 verplaatst?

Hoe heeft de koloniale tijd de basis voor de centrum-periferie verhouding gelegd?


Slide 12 - Tekstslide

Super snelle globalisering vanaf 1980
  • MNO's heel groot geworden -> wereldwijd netwerk
  • liberalisering (vrijhandel) -> meer wereldhandel
  • snelle transport- en communicatie technologie

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

vrijhandel
MNO (multinational) wil winst maken:
- kosten zo laag mogelijk

Productie dus verplaatsen naar lage lonen landen
= uitschuiving = outsourcing
Bij vrijhandel geen handelsbelemmeringen

Slide 15 - Tekstslide

Internationale arbeidsverdeling
onderzoek + ontwerp in centrum
grondstoffen uit periferie
productie / assemblage in (semi-)periferie
verkoop in centrumlanden
afval vaak in semi-periferie of periferie gedumpt
nieuwe M&M smaak bedenken
suiker, cacao, palmolie
M&M's maken en verpakken 
reclames bedenken en verkoop M&M's

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Link

Productie in industrielanden
In semi-perifere landen (vooral: BRICS)

Slide 18 - Tekstslide

Wereldhandel toegenomen.
Maar vooral binnen de triade (3 kerngebieden)

Slide 19 - Tekstslide

Wereldhandel toegenomen.
Maar vooral binnen de triade (3 kerngebieden)
Triade was West-Europa, V.S. en Japan
Triade is nu
West-Europa, V.S. en Oost-Azië.
(vooral China erbij)
global shift
Het economisch zwaartepunt is verschoven richting Azië. 

Slide 20 - Tekstslide

Niet elk gebied profiteert.

'fast world'

Neemt veel deel aan wereldeconomie

Modern

'slow world'

Neemt weinig deel aan wereldeconomie

Weinig modernisering

80% vd wereldbevolking

Dus ook in centrumlanden heb je een slow world

Slide 21 - Tekstslide

Voorbeeld: V.S = centrumland
Fragmentarische modernisering
Een gebied met moderne, grootschalige landbouw (fast world) ten opzichte van een gebied  met traditionele, kleinschalige landbouw (slow world).

Slide 22 - Tekstslide

Sommige gebieden merken de nadelen als andere gebieden rijker worden.
Mensen, geld, grondstoffen verlaten armere gebieden omdat ze naar het rijkere gebied vertrekken.

Arme gebied komt in negatieve spiraal, welvaart neemt af

=backwash-effect.
extra uitleg
Een deel van het land wordt rijker.

Het armere deel van het land heeft hier extra nadeel van omdat de mensen/geld/grondstoffen naar het rijke deel toe gaan.
Het armere deel wordt dus nog armer.

Slide 23 - Tekstslide

Sommige regio's profiteren:
Gebied krijgt meer geldzendingen en kennis uit de rijkere gebieden.

Waardoor de welvaart in een gebied juist toeneemt.

= spread effecten 
extra uitleg
Een deel van het land wordt rijker.

Het armere deel van het land heeft hier extra voordeel van omdat de er geld gestuurd wordt of kennis gedeeld wordt waardoor het armere deel ook rijker wordt.

Slide 24 - Tekstslide

Deze les
  • globalisering tot 1980 (2.3)
  • globalisering na 1980 (2.4)
  • globalisering economisch bekeken (2.5)


Hoe is de internationale arbeidsverdeling veranderd 
(tov koloniale tijd)

Welke ruimtelijke gevolgen heeft de economische globalisering (positief en negatief)
Veel uitleg.
Begrippen met blooket

Slide 26 - Tekstslide

leerdoelen
weektaak iedereen
extra herhalen
/oefenen
verdieping

Slide 27 - Tekstslide