In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Studietips
Na deze les weet jij:
Waar je goed kunt leren
Hoe jij je goed kunt concentreren
Of muziek helpt bij concenteren
Slide 1 - Tekstslide
Hoe ging het maken van een planning voor de toetsweek?
A
Super!
B
Goed
C
Redelijk
D
Slecht
Slide 2 - Quizvraag
Wat vond je moeilijk tijdens het plannen?
Slide 3 - Woordweb
Wat ging goed? Wat hielp jou tijdens het plannen?
Slide 4 - Woordweb
Is het je gelukt je aan de planning te houden?
A
Altijd
B
Meestal
C
Soms
D
Helemaal niet
Slide 5 - Quizvraag
Waardoor was het (soms) moeilijk je aan je eigen planning te houden?
Slide 6 - Woordweb
Motiveren!
Slide 7 - Tekstslide
Welke wortel(s) kun jij jezelf voorhouden? Hoe zou jij jezelf kunnen belonen als je je aan je planning hebt gehouden?
Slide 8 - Open vraag
Welke stok heb jij achter de deur? Wat zijn negatieve gevolgen als je je niet aan je planning houdt?
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Video
Hoe leer jij?
Dé goede manier van leren is er niet. Het verschilt per persoon. De één leert bijvoorbeeld met muziek terwijl de ander dat niet fijn vindt. Zoek jouw eigen leermanier.
Slide 11 - Tekstslide
Studietips!
Slide 12 - Tekstslide
Tip 1
Weet wat je moet doen (planner).
Zorg dat je alle spullen hebt, die je nodig hebt.
Slide 13 - Tekstslide
Waar leer jij?
A
Aan de keukentafel of eetkamertafel
B
Op de bank bij de tv
C
Aan mijn bureau in eigen slaapkamer
D
Op mijn bed
Slide 14 - Quizvraag
Tip 2
Zorg voor een fijne werkplek:
opgeruimd, rustig, voldoende licht, voldoende frisse lucht e.d.
Slide 15 - Tekstslide
Tip 3
Zorg voor een actieve houding!
Slide 16 - Tekstslide
Tip 4
Ga offline!
Zorg dat je geen afleiding hebt van je telefoon/laptop/tv.
Slide 17 - Tekstslide
Tip 5
Focus je op één ding tegelijk.
Multitasken?!?
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Video
Tip 6
Neem tussendoor een pauze.
Zorg voor voldoende beweging.
Slide 20 - Tekstslide
Waarom geen uren achter elkaar?
Iedereen heeft zijn eigen concentratieboog: het aantal minuten dat jij je kunt concentreren. Door over je maximale concentratie heen te gaan, verdwijnt je aandacht. Je neemt niet alles meer volledig in je op.