11.2 Voedingsmiddelen en voedingsstoffen

11.2 Voedingsmiddelen en voedingsstoffen
Je kunt de functies van voedingsstoffen en voedingsvezels in voedingsmiddelen noemen.
Je kunt zes groepen voedingsstoffen met hun functies en kenmerken noemen.
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

11.2 Voedingsmiddelen en voedingsstoffen
Je kunt de functies van voedingsstoffen en voedingsvezels in voedingsmiddelen noemen.
Je kunt zes groepen voedingsstoffen met hun functies en kenmerken noemen.

Slide 1 - Tekstslide

Dierlijke voedingsmiddelen

Alles wat je eet en drinkt zijn voedingsmiddelen:

  • plantaardige voedingsmiddelen: 
  • dierlijke voedingsmiddelen: 


Voedingsmiddelen:
alles wat je eet of drinkt.
  • Dierlijke voedingsmiddelen 
Eten/drinken afkomstig van een dier
  • Plantaardige voedingsmiddelen
Eten of drinken dat gemaakt wordt van planten

Slide 2 - Tekstslide

6 Voedingsstoffen
Bestandsdelen die in voedingsmiddelen zitten

Slide 3 - Tekstslide

6 Voedingsstoffen

Slide 4 - Tekstslide

Voedingsvezels
Is GEEN voedingsstof - omdat het niet verteerd wordt

Zorgt dat de darmen goed kunnen bewegen en goede stoelgang
In plantaardige producten

Slide 5 - Tekstslide

Functies van Voedingsstoffen
Wat kun je met de voedingsstoffen uit het eten

Functies voedingsstoffen:

  • bouwstoffen - nieuwe cellen
  • brandstoffen - energie 
  • reservestoffen - later gebruik
  • beschermende stoffen - niet ziek worden

Slide 6 - Tekstslide

Eiwitten


Enzymen zijn ook altijd eiwitten

Bestaan cellen vooral uit
Eiwitten zijn dus een bouwstof, soms ook een brandstof

Slide 7 - Tekstslide

koolhydraten
Vooral plantaardige voedingsmiddelen - Suikers en zetmeel

Belangrijke brandstof
Soms een reservestof, glucose wordt dan omgezet in vet of glycogeen

Slide 8 - Tekstslide

Vetten
Een brandstof 
Teveel wordt opgeslagen als reservestof

Er zijn plantaardige vetten en dierlijke vetten
- Verzadigde vetten - meestal dierlijke vetten brandstof
- Onverzadigde vetten - vaak plantaardig en vloeibaar bouwstof





Slide 9 - Tekstslide

Vetten
Een brandstof 
Teveel wordt opgeslagen als reservestof

Er zijn plantaardige vetten en dierlijke vetten
- Verzadigde vetten - meestal dierlijke vetten brandstof
- Onverzadigde vetten - vaak plantaardig en vloeibaar bouwstof





Slide 10 - Tekstslide

Water
bouwstof  - je lichaam bestaat voor 55-60% uit water
Belangrijk voor het vervoeren van stoffen

Slide 11 - Tekstslide

Mineralen

Bouwstof en beschermende stof

calcium (kalk), fluoride, ijzer, natrium en kalium
Vitamine

Bouwstof en beschermende stof 

Wordt aangegeven met een letter. 

Slide 12 - Tekstslide

Aan de slag!
11.1 Enzymen bespreken
opdracht 6

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag!
11.2 Voedingsmiddelen en voedingsstoffen
 opdrachten 1, 2, 3, 4 en 6

Klaar? opdrachten 5 en 7
Vrijdag inleveren Boekje opdrachten onderzoeken

Slide 14 - Tekstslide