5.2 Economische ontwikkeling

5.2 Economische ontwikkeling 
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
aardrijkskundeVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

5.2 Economische ontwikkeling 

Slide 1 - Tekstslide

Wat moet ik na deze paragraaf weten?
1. Je kunt de drie economische sectoren benoemen
2. Je begrijpt hoe een land zich economisch kan ontwikkelen door een verschuiving van de ene naar de andere sector.
3. Je begrijpt waarom sommige landen zich sneller ontwikkelen dan andere landen.
5. Je kan het verschil benoemen tussen import en export.
4. Je kunt uitleggen welke gevolgen ruilvoetveranderingen hebben voor een land
5. Je kan minimaal 2 oorzaken noemen waardoor bepaalde landen zich beter kunnen ontwikkelen dan andere landen en 2 oorzaken wat ontwikkeling juist kan belemmeren.




– Je begrijpt welke gevolgen ruilvoetveranderingen voor een land hebben.


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Wordt ook wel de dienstensector genoemd

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

In welke sector zal het grootste deel van de bevolking uit een perifeer land werkzaam zijn?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector

Slide 9 - Quizvraag

In welke sector zal het grootste deel van de bevolking uit een centrum land werkzaam zijn?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector

Slide 10 - Quizvraag

Als een perifeer land een economische ontwikkeling doormaakt, welke sector gaat dan groeien?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector

Slide 11 - Quizvraag

Maken 5.2
M: 1, 2, 3, 7, 8
H: 1, 2, 3, 8, 9
V: 1, 2, 3, 7, 8

Slide 12 - Tekstslide

5.2
Import, Export en Ruilvoet

Slide 13 - Tekstslide

In welke sector zal het grootste deel van de bevolking uit een semi-perifeer land werkzaam zijn?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector

Slide 14 - Quizvraag

Als een semi-perifeer land een economische ontwikkeling doormaakt, welke sector gaat dan groeien?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector

Slide 15 - Quizvraag

Import en export 
Import: Het kopen van producten uit andere landen 
Export: Het verkopen van onze eigen producten aan andere landen. 

Slide 16 - Tekstslide

0

Slide 17 - Video

Bekijk bovenstaand filmpje:
Welke producten exporteert Nederland en welke producten importeert Nederland?

Slide 18 - Open vraag

Nederland exporteert heel veel landbouwproducten. Toch is het deel van de beroepsbevolking die actief is in de primaire sector niet heel erg hoog (vergeleken met ontwikkelingslanden). Geef hiervoor een verklaring.

Slide 19 - Open vraag

Slide 20 - Video

Ruilvoet 
-De verhouding tussen de waarde van de uitvoer (export) en de invoer (invoer)
-Aantal goederen dat een land met exporteren om een bepaalde hoeveelheid goederen te kunnen importeren. 

Slide 21 - Tekstslide

Ruilvoetverslechtering
- Meer producten moeten exporteren om hetzelfde product te kunnen importeren. 

Slide 22 - Tekstslide

Nederland exporteert computerchips en Zimbabwe exporteert koffie.
De prijs van computerchips verdubbelt in een jaar.
Voor welk land is dit een ruilvoetverslechtering?
A
Nederland
B
Zimbabwe
C
Allebei de landen
D
Geen van beide landen

Slide 23 - Quizvraag

Nederland exporteert computerchips en Zimbabwe exporteert koffie.
De prijs van koffie daalt in een jaar door een ziekte. Voor welk land is dit een ruilvoetverslechtering?
A
Nederland
B
Zimbabwe
C
Allebei de landen
D
Geen van beide landen

Slide 24 - Quizvraag

Nederland exporteert computerchips en Zimbabwe exporteert koffie.
Ineens daalt de prijs van computerchips.
Voor welk land is dit een ruilvoetverslechtering?
A
Nederland
B
Zimbabwe
C
Allebei de landen
D
Geen van beide landen

Slide 25 - Quizvraag

Als een perifeer land een economische ontwikkeling doormaakt, welke sector gaat dan groeien?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector

Slide 26 - Quizvraag

Maken 5.2
M: 1 tm 8
H: 1 tm 9
V: 1 tm 8

Slide 27 - Tekstslide