Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
TaalCompleet A1 - thema 4 - 4.12 Op de markt
4.12 Op de markt
de verkoper
de klant
de kilo
de helft
het pond
het ons
duur
de komkommer
de druif
alstublieft
Anders nog iets?
terug
fijn
1 / 27
volgende
Slide 1:
Tekstslide
NT2
ISK
In deze les zitten
27 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
4.12 Op de markt
de verkoper
de klant
de kilo
de helft
het pond
het ons
duur
de komkommer
de druif
alstublieft
Anders nog iets?
terug
fijn
Slide 1 - Tekstslide
de verkoper
een man die voor zijn beroep dingen verkoopt
de verkoper - man
de verkoper
s
de verkoopster - vrouw
de verkoopster
s
zin:
Deze
verkoper
werkt in een supermarkt.
Slide 2 - Tekstslide
de klant
wie iets koopt
de klant - de klant
en
zin:
Deze
klant
koopt groente en fruit.
Slide 3 - Tekstslide
de kilo
de helft
het
pond
het
ons
Slide 4 - Tekstslide
Een
kilo
is 1.000 gram.
Een
pond
is 500 gram.
Dat is de
helft
van een kilo.
Een
ons
is 100 gram.
Slide 5 - Tekstslide
de helft
Slide 6 - Tekstslide
duur
duur <-> goedkoop
zin:
Deze auto is
duur
.
Slide 7 - Tekstslide
de komkommer
groente
lang met groene schil
de komkommer -
de komkommer
s
zin:
Komkommers
worden meestal rauw gegeten.
rauw - niet gekookt
Slide 8 - Tekstslide
de druif
fruit
kan wijn van gemaakt worden
de druif - de drui
v
en
zin:
Vind
jij
druiven
lekker?
Slide 9 - Tekstslide
alstublieft
wanneer je iets geeft
als
t
u
blieft - als
je
blieft
Slide 10 - Tekstslide
Anders nog iets?
Wilt u nog meer?
Ik ga
iets
voor mijn vriend kopen.
Ik weet nog niet
wat
.
Slide 11 - Tekstslide
terug
wisselgeld retour
zin:
U
krijgt
€ 2,- terug.
Slide 12 - Tekstslide
fijn
fijn - fijn
e
zinnen:
Een
fijn
e
dag!
de
dag
Een
fijn
weekend!
het
weekend
Slide 13 - Tekstslide
Hoe heet een man die voor zijn beroep dingen verkoopt?
(lidwoord + woord)
Slide 14 - Open vraag
Hoe heet een vrouw die voor haar beroep dingen verkoopt?
(lidwoord + woord)
Slide 15 - Open vraag
Hoe heet iemand die iets in een winkel koopt?
A
de klant
B
de verkoper
C
de verkoopster
D
de boodschappen
Slide 16 - Quizvraag
Een ... is 1.000 gram.
Slide 17 - Open vraag
Een ... is 500 gram.
Slide 18 - Open vraag
De ... van een kilo is een pond.
Slide 19 - Open vraag
Een ... is 100 gram.
Slide 20 - Open vraag
Wat is het tegenovergestelde van 'duur'?
Slide 21 - Open vraag
Wat is het meervoud
van deze groente?
A
de komkommeren
B
de komkomers
C
de komkommers
D
het komkommers
Slide 22 - Quizvraag
Wat zijn dit?
A
de druifen
B
de druiven
C
het druiven
D
de driuven
Slide 23 - Quizvraag
Als je iets geeft dan zeg je 'alsjeblieft' tegen een klasgenoot. Wat zeg je tegen een docent?
Slide 24 - Open vraag
Wat betekent bijna hetzelfde als
'Anders nog iets?'?
A
Wilt u meer betalen?
B
Wilt u meer kopen?
Slide 25 - Quizvraag
Bij de kassa betaal je en je krijgt wisselgeld ... .
Slide 26 - Open vraag
Een ... dag!
A
fijne
B
fijn
Slide 27 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
TaalCompleet A1 - thema 4 - 4.12 Op de markt
6 dagen geleden
- Les met
27 slides
NT2
ISK
TaalCompleet 4.12: op de markt
December 2023
- Les met
18 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
4.13 - 4.14
Januari 2025
- Les met
35 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
ABR5 24.11.23
November 2023
- Les met
17 slides
Anders
MBO
Studiejaar 1
Link 3.3
November 2024
- Les met
19 slides
NT2
ISK
thema 2 Link herhalen
November 2024
- Les met
22 slides
NT2
ISK
Zebra Hoofdstuk 10 extra opdrachten
April 2021
- Les met
17 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
3.2 eten
Mei 2023
- Les met
24 slides
NT2
Speciaal Onderwijs
Leerroute 1