Future & Future Continuous

The Future Tenses

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

The Future Tenses

Slide 1 - Tekstslide

Future?

Slide 2 - Woordweb

5 opties
Will + hele werkwoord
to be + going to + hele werkwoord
to be + about to + hele werkwoord
Present Simple
Present Continuous

Slide 3 - Tekstslide

Will + hele werkwoord

Wanneer?
 1. Aanbieden
 2. beloftes
 3. aankondiging 
 4. besluit
 5. voorspelling zonder bewijs

6. Vraag/voorstel = shall

  1. We will get some tea and a slice of cake.  
  2.  I will clean my room this weekend, I promise!  
  3. Amy will not go to Spain this summer.  
  4. I will go to the doctor with you.  
  5.  Will Brody become a police officer?  

Slide 4 - Tekstslide

To be + going to + hele ww

Wanneer?
1. Wat iemand wel of niet van plan is de toekomst. (staat nog niet vast en is minder specifiek!) 

 2. een voorspelling met bewijs.





  1. I am going to visit my uncle next week. 
  2. It isn’t going to rain. Look at the sky, it is blue! 

Slide 5 - Tekstslide

Present Simple

Wanneer?
Tijden met een vast schema; school, trein etc.

 





  1. The train departs at 9 o’clock. 
  2. The break ends in 15 minutes.  

Slide 6 - Tekstslide

Present Continuous
(to be + hele ww + ing)

Wanneer?
Iets dat gaat gebeuren, en al gepland is. Het is dus al geregeld en/of voorbereid.
 






  1. I am celebrating my birthday tomorrow. 
  2. Ron is meeting his sister at 10 o’clock this Saturday.  

Slide 7 - Tekstslide

To be about to
(to be + about to + hele ww)

Wanneer?
het betekent 'op het punt staan te'. Je gebruikt deze constructie wanneer iets elk ogenblik kan gebeuren.
 






  1. He is about to lose his last penny.
  2. They are about to close the pub.  

Slide 8 - Tekstslide

Gebruik dit schema als je er niet uit komt!



Let op! In dit schema zit 'to be about to' niet verwerkt! Deze kan je nog toevoegen op dezelfde manier.

Slide 9 - Tekstslide

School ___ (start) at 8 am so they'll need to get up early.

Slide 10 - Open vraag

Those boxes look heavy, I ___ (help) you carry them.

Slide 11 - Open vraag

___ we ___ (organise) a barbecue in the garden?

Slide 12 - Open vraag

The boys have to be careful. I can see that he ______ (lose) his patience any moment.

Slide 13 - Open vraag

Jake ___ (be) jetlagged after the 14-hour flight.

Slide 14 - Open vraag

Janet ___ (not come) to our party. She's too busy.

Slide 15 - Open vraag

Any questions?
Next topic!

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Future Continuous
(will be + ww+ing)

Wanneer?
Om te vertellen over iets waar je in de toekomst mee bezig zult zijn / wat je op een bepaald moment aan het doen zult zijn.
 






This time next week, I will be travelling to London.

Slide 18 - Tekstslide

I can't hang out tonight, because
I ___ (do) my homework then.

Slide 19 - Open vraag

Any questions?
Next topic!

Slide 20 - Tekstslide

Future Perfect
(shall/will + have + vtdw)
Wanneer?
Je 'verschuift' de present perfect  naar de toekomst.
1. nadruk op resultaat wat er te zien is.
- eerder begonnen en gaat door tot een ander moment in de toekomst.
 



1. I hope I will have finished this job on Friday afternoon.

2. My parents have been married for twenty years today.
Next Tuesday my parents will have been married for 20 years.

Slide 21 - Tekstslide

Future Perfect Continuous
(shall/will + have + been +
ww +ing)
Wanneer?
Je 'verschuift' de present perfect  Continuous  naar de toekomst.
1. Als je de activiteit/tijdsduur daarvan wilt benadrukken.







1. Next August, I will have been writing books for 10 years.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

HOMEWORK
Monday
Alquin - All the Colours of the Rainbow
All exercises

Tuesday
GRAMMAR 1.1G3 & 1.1G4 finished

Slide 25 - Tekstslide