H7 §4 Onderzoek je eigen buurt

H7 §4 Onderzoek je eigen buurt
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, t, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

H7 §4 Onderzoek je eigen buurt

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling vorige les
Weet je het nog?

Slide 2 - Tekstslide

Het vernieuwen van een woonwijk noem je:
A
Renovatie
B
Stedelijke vernieuwing
C
Sloop en nieuwbouw

Slide 3 - Quizvraag

Mensen gingen in de 19e eeuw naar de stad verhuizen, waarom?
A
Omdat in de stad de leefomstandigheden beter waren
B
Omdat in de stad fabrieken kwamen voor werk
C
Omdat in de stad veel kantoren werden gebouwd
D
Omdat in de stad grotere huizen werden gebouwd

Slide 4 - Quizvraag

Leerdoelen
Na deze les kun je...

  • Uitleggen wat de kenmerken zijn van het platteland/landelijk gebied (uiterlijk, ruimtegebruik & voorzieningen)
  • Uitleggen wat het verschil is tussen agglomeratie, stadsgewest & stedelijk gebied


Slide 5 - Tekstslide

     Stad           Dorp        Platteland

Slide 6 - Tekstslide

Kenmerken van het platteland
  • weinig bebouwing 
  • veel open ruimte
  • veel ruimte voor landbouw, natuur en recreatie 
  • weinig voorzieningen: een supermarkt, bakker en slager wel, maar een H&M of een Only is er niet 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Waar zou jij graag willen wonen, stad of platteland ?
En waarom?
timer
1:00

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Wat is de juiste volgorde:
A
Stadsgewest, agglomeratie, stedelijk gebied, centrale stad
B
Centrale stad, Stedelijk gebied, agglomeratie, stadsgewest
C
Centrale stad, agglomeratie, stadsgewest, stedelijk gebied
D
Centrale stad, agglomeratie, stedelijk gebied, stadsgewest

Slide 13 - Quizvraag

De Randstad bestaat uit 4 grote steden, welke?
Gebruik evt. google
timer
1:30

Slide 14 - Open vraag

Oefentoets paragraaf 3
5 vragen

Slide 15 - Tekstslide

Wat is verstedelijking?
A
De stad breid zicht uit -> Platteland word stad
B
In de stad worden meer huizen gebouw, tuinen worden huizen
C
De stad klimt, ze slopen huizen voor platteland
D
Winkels in het centrum worden gesloopt voor huizen

Slide 16 - Quizvraag

Wat is een kenmerk van het platteland?
A
Weinig bebouwing
B
Weinig ruimte
C
Veel bebouwing
D
Eredivisie stadion

Slide 17 - Quizvraag

Het samenwerken tussen steden noem je:
A
Stedelijk gebied
B
Agglomeratie
C
Stadsgewest
D
Suburbanisatie

Slide 18 - Quizvraag

Wat is het grootste Nederlandse stadsgebied?

Slide 19 - Open vraag

Wat is de juiste volgorde:
A
Stadsgewest, agglomeratie, stedelijk gebied, centrale stad
B
Centrale stad, Stedelijk gebied, agglomeratie, stadsgewest
C
Centrale stad, agglomeratie, stadsgewest, stedelijk gebied
D
Centrale stad, agglomeratie, stedelijk gebied, stadsgewest

Slide 20 - Quizvraag

Laatste 2 vragen:

Slide 21 - Tekstslide

Noteer twee dingen die je deze les hebt geleerd
Klik op 'bewaren' als je je antwoord hebt ingevuld!

Slide 22 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen
Klik op 'bewaren' als je je antwoord hebt ingevuld!

Slide 23 - Open vraag

Aan de slag!
  • Lezen: §7.3
  • Maken: §7.3 (Blz. 117): 1, 3, 4 (atlas), 7 & 8
(Huiswerk voor woensdag 6 maart)

Stil werken
Fluisterend werken
Normaal overleggen mag

Slide 24 - Tekstslide