Conceptueel modelleren: Een introductie

Conceptueel modelleren: Een introductie
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Conceptueel modelleren: Een introductie

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kunnen studenten de definitie van conceptueel modelleren uitleggen en de stappen van het proces beschrijven.

Slide 2 - Tekstslide

Deze dia dient als een overzicht van wat studenten aan het einde van de les zouden moeten weten en begrijpen.
Wat weet je al over conceptueel modelleren?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een conceptueel model?
Een conceptueel model is een abstracte representatie van een systeem of proces dat de belangrijkste entiteiten en hun onderlinge relaties beschrijft.

Slide 4 - Tekstslide

Leg uit wat een conceptueel model is en waarom het belangrijk is om een dergelijk model te hebben.
Waarom zijn conceptuele modellen belangrijk?
Conceptuele modellen helpen ons om complexe systemen en processen beter te begrijpen en te communiceren met anderen in een gestructureerde taal.

Slide 5 - Tekstslide

Leg uit waarom het belangrijk is om een ​​conceptueel model te hebben en wat de voordelen zijn van het gebruik ervan.
De stappen van het conceptuele modelleringsproces
De stappen zijn: probleemanalyse, identificatie van de belangrijkste entiteiten en hun onderlinge relaties, verfijning van het model en validatie van het model.

Slide 6 - Tekstslide

Beschrijf de stappen van het conceptuele modelleringsproces en leg uit waarom elke stap belangrijk is.
Probleemanalyse
In deze fase identificeren we het probleem dat we willen oplossen en definiëren we de scope van het model.

Slide 7 - Tekstslide

Leg uit wat er gebeurt tijdens de probleemanalysefase en geef een voorbeeld van een situatie waarin deze stap belangrijk is.
Identificatie van entiteiten en relaties
In deze fase identificeren we de belangrijkste entiteiten en hun onderlinge relaties en gebruiken we notatie om ze te beschrijven.

Slide 8 - Tekstslide

Beschrijf de tweede fase van het conceptuele modelleringsproces en geef een voorbeeld van hoe entiteiten en relaties kunnen worden geïdentificeerd en beschreven.
Verfijning van het model
In deze fase herzien en verfijnen we het conceptuele model om ervoor te zorgen dat het een nauwkeurige en complete weergave is van het systeem of proces.

Slide 9 - Tekstslide

Beschrijf de derde fase van het conceptuele modelleringsproces en geef een voorbeeld van hoe het model kan worden verfijnd.
Validatie van het model
In deze fase controleren we of het model correct is en aan de vereisten voldoet.

Slide 10 - Tekstslide

Leg uit waarom de validatiefase belangrijk is en geef enkele voorbeelden van hoe het model kan worden gevalideerd.
9

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 14 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.