'De kraamkamer van de beschaving': ontstaan van steden en het schrift
Slide 19 - Tekstslide
Leg uit waarom de landbouw niet in de gebieden A en B in de kaart, die je net hebt gezien, ontstond. (Klik op de afbeelding om deze groter te maken)
Slide 20 - Open vraag
maar die landbouwrevolutie vindt niet alleen plaats in de Vruchtbare Halvemaan
Slide 21 - Tekstslide
In de groene gebieden kwam ongeveer tegelijkertijd de landbouw tot stand
Slide 22 - Tekstslide
Neolithische revolutie
Revolutie betekent verandering
Jager-verzamelaars worden boer
De landbouwrevolutie duurde meer dan 1000 jaar: niet iedereen werd tegelijk boer
Landbouw bestaat uit: akkerbouw en veeteelt
Slide 23 - Tekstslide
Grote en belangrijke verandering
99% van de geschiedenis van de mens, heeft de mens geleefd als jager-verzamelaars
Slide 24 - Tekstslide
Jagers/verzamelaars
Boeren
Hutten
Vaste huizen
Vee en akkers
Kleine groepjes
nomadisch bestaan
veel bezittingen
Slide 25 - Sleepvraag
Boeren in Europa
Pas laat: het was niet nodig, er was voldoende voedsel te vinden.
Eerste boeren in Nederland: Zuid-Limburg rond 5300 v. Chr.
Tóch landbouw in Europa: mensen verhuizen uit gebieden waar gebrek aan landbouwgrond is en komen hier terecht
Slide 26 - Tekstslide
A
Voor de landbouw revolutie
B
Na de landbouwrevolutie
Slide 27 - Quizvraag
A
Voor de landbouw revolutie
B
Na de landbouwrevolutie
Slide 28 - Quizvraag
Bij welk begrip past deze afbeelding het best?
A
Boer
B
pre-agrarische samenleving
C
landbouwrevolutie
Slide 29 - Quizvraag
Wat is GEEN gevolg van de landbouwrevolutie?
A
Vaste woonplaats
B
De bevolking groeit
C
Andere werktuigen
D
Grafgiften
Slide 30 - Quizvraag
1
2.
3
4
5
6
7
8
Jagers en verzamelaars trekken voor het eerst door het Midden-Oosten.
Het klimaat wordt kouder en droger
Dorpen ontstaan
Mensen kunnen sedentair gaan leven
In de natuur komen minder eetbare gewassen en dieren voor
Het klimaat in het Midden-Oosten wordt warmer.
De groepen jagers-verzamelaars worden groter.
Jager-verzamelaars worden gedwongen om te gaan experimenteren met landbouw.
Slide 31 - Sleepvraag
Op de afbeelding zie je hoe een hunebed (een prehistorisch graf) wordt gemaakt. Hoe kan je aan de afbeelding zien dat de hunebedden ná de landbouwrevolutie zijn gemaakt?
A
De grote stenen kwamen hier pas tijdens de landbouwrevolutie.
B
Er woonden hier te weinig mensen om samen de hunebedden te maken.
C
Er wordt gebruik gemaakt van dieren.
D
Voor de landbouwrevolutie werden er geen mensen begraven
Slide 32 - Quizvraag
Twee beweringen: I Aan de hand van grafgiften kan de archeoloog conclusies trekken over de materiële kenmerken van een groep. II Aan de hand van grafgiften kan een archeoloog soms conclusies trekken over de religieuze gebruiken van een groep.
Zijn de beweringen juist of onjuist?
A
beide zijn juist
B
I is juist, II is onjuist
C
I is onjuist, II is juist
D
beide zijn onjuist
Slide 33 - Quizvraag
Een groep archeologen is bezig met de opgraving van een kleine nederzetting. De archeologen vinden onder andere versierd aardewerk, een poot van een bizon, verkoolde graanresten, stuifmeelkorrels van hyacinten, resten van een bakoven, pijlpunten en een deel van een muur die is opgebouwd uit laagjes met stro vermengd leem. Welke vondsten passen bij de aanname dat het hier een nederzetting van boeren betreft?
A
De pijlpunten, de bizonpoot, de stuifmeelkorrels.
B
Het muurtje, de pijlpunten en de verkoolde graanresten.
C
Het aardewerk, de resten van de bakoven en het muurtje.
D
Het aardewerk, de stuifmeelkorrels en de verkoolde graanresten.
Slide 34 - Quizvraag
Leerdoelen
je kunt uitleggen waar en waardoor de landbouwrevolutie ontstond
je kunt uitleggen hoe en waardoor de landbouwrevolutie zich verspreidde naar Europa
je kunt de gevolgen van de landbouwrevolutie beschrijven en verklaren