Inleiding

De inleiding
Een inleiding is cruciaal in elk uitgebreider document, zoals een (onderzoeks)verslag, whitepaper, beleidsplan of evaluatie. Een goede inleiding wekt nieuwsgierigheid op bij de lezer en spoort hem aan verder te lezen.
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

De inleiding
Een inleiding is cruciaal in elk uitgebreider document, zoals een (onderzoeks)verslag, whitepaper, beleidsplan of evaluatie. Een goede inleiding wekt nieuwsgierigheid op bij de lezer en spoort hem aan verder te lezen.

Slide 1 - Tekstslide

Doel
  1. het onderwerp introduceren,
  2. de lezer interesseren, en
  3. de relevantie van het onderwerp aantonen.

Slide 2 - Tekstslide

Onderdelen van een inleiding
  1. Introductie van het onderwerp
  2. Aanleiding
  3. Centrale vraag
  4. Leeswijzer

Slide 3 - Tekstslide

Introductie van het onderwerp
Sober
Actualiteit
Prikkelen
Historische achtergrond

Slide 4 - Tekstslide

Sober
Je kunt dat heel sobertjes doen:

Mijn onderzoek gaat over de effectiviteit van het financiële stelsel.

Maar dan is het maar zeer de vraag of je daar de lezer mee pakt. Je moet dus echt wat meer uit de kast halen. 

Slide 5 - Tekstslide

Inhaken op de actualiteit
De omgeving waarin de consument winkelt, is van grote invloed op zijn koopgedrag. Het traditionele distributiekanaal voor de retailmarkt verandert steeds meer van eenvoudig ingerichte winkels naar moderne ‘interactieve’ theaters.

Slide 6 - Tekstslide

Prikkelen met een opvallende uitspraak.
Winkels, hoelang bestaan ze nog? Veel gemeenten hebben de traditionele koopavond al lang afgeschaft. Veel winkelstraten worden ontsierd door leegstand. De consument kiest voor gemak en doet boodschappen vooral thuis. Vandaag besteld, morgen bezorgd.

Slide 7 - Tekstslide

Beginnen met een historische achtergrond.
In een gemiddeld dorp in de jaren 60 vond je nog een bakker, slager, kruidenier, schilder en fietsenmaker. Dat beeld is ingrijpend veranderd. De ondernemers hebben hun zaak gesloten bij gebrek aan klandizie.

Slide 8 - Tekstslide

2 Aanleiding
Als je het onderwerp geïntroduceerd hebt, geef je aan waarom je dit document hebt geschreven. Waarom is het onderwerp van belang?

Let op. Je motivatie is nooit persoonlijk.

Het gaat er niet om wat jij vindt, maar wat je toevoegt aan bestaande kennis. Vermijd daarom zinnen als “Ik vind het van belang dat…”, “Het lijkt me interessant…” en “Als kind al…”.

Slide 9 - Tekstslide

Mogelijke aanleidingen
  • een nieuw inzicht of een nieuwe theorie 
  • een alternatieve oplossing voor een bestaand probleem
  • een controverse over een bepaald onderwerp
  • een nieuwe bijdrage aan een bestaande discussie
  • een overzicht dat nog niet bestaat
  • een uitbreiding van bestaand onderzoek

Slide 10 - Tekstslide

3 Centrale vraag
Als je het onderwerp geïntroduceerd hebt en de aanleiding hebt beschreven, ben je automatisch toe aan het beschrijven van de centrale vraag van je document. 
Je centrale vraag mag nooit uit de lucht komen vallen, alle begrippen uit je centrale vraag moeten al geïntroduceerd zijn in de tekst ervoor.

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeld centrale vraag
"In dit document gaan we na of een verbreding van de A34 in milieutechnisch opzicht een alternatief is voor de aanleg van een nieuwe autoweg. Bij dit alternatief wordt uitgegaan van een combinatie van rekeningrijden en aanpassen van de maximumsnelheid. We bekijken de voor- en nadelen van dit alternatief."

Slide 12 - Tekstslide

4 Leeswijzer
In de laatste alinea van de inleiding geef je een korte beschrijving van de opbouw van het document en de manier waarop je de centrale vraag gaat beantwoorden. Je maakt de lezer als het ware wegwijs in je document.

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeld leeswijzer
In de Inleiding geven we een overzicht van de weg die ons naar dit document heeft geleid, de groei die we hebben doorgemaakt vanaf de eerste keuze voor deze nieuwe koers.

Hoofdstuk 1 legt uit waarom we afstappen van termen als input, output en opbrengsten en kiezen voor de relatie. Het beschrijft welke bouwstenen hebben geleid tot de keuze voor een mensenorganisatie. Een organisatie zonder vaste route en zonder vaste bestemming.

In hoofdstuk 2 beschrijven we wat dit betekent voor onze rol als opvoeder en begeleider. We benoemen hierin ook de vijf kernthema’s waarop we bewust support gaan verlenen.
Het plein, de agora, is het beeld dat we gebruiken om ons gedrag richting te geven. 

Hoofdstuk 3 benoemt de uitgangspunten voor ons dagelijkse werk en de omgang met elkaar en geeft daar een toelichting op. 

In hoofdstuk 4 ten slotte beschrijven wat de focuspunten zijn waarop we ons de komende jaren gaan richten en de support die de medewerkers daarbij krijgen.

Slide 14 - Tekstslide