NOVA H7 les 2 inleiding redox

  • DEZE LES





Deze les nodig:
- schrift
- pen
- laptop
NOVA HAVO5      Les 2
inleiding redox
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

  • DEZE LES





Deze les nodig:
- schrift
- pen
- laptop
NOVA HAVO5      Les 2
inleiding redox

Slide 1 - Tekstslide

leerdoelencheck huiswerk
aan de hand van de volgende dia's controleer je of je het huiswerk voldoende hebt bestudeerd

opdracht 1 in je schrift
daarna enkele vragen in deze LU - meld je aan in de les

Slide 2 - Tekstslide


Teken een atoom F-19 volgens het schillenmodel

Teken ion van F-19
(schillenmodel)
Pak je schrift
Wat is het verschil tussen een atoom en een - ion?
timer
2:00

Slide 3 - Tekstslide

Wat is de juiste verhoudingsformule van kaliumoxide ?
check
A
K2O2
B
K2O
C
KO2
D
KO

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de juiste verhoudingsformule van lood (IV) oxide ?
check
A
Pb2O2
B
Pb2O
C
PbO2
D
PbO

Slide 5 - Quizvraag

timer
1:30
nitrietion
acetaation
ammoniumion
hydroxide‑ion
 fosfaation
carbonaation
 CO32-
PO43-
OH-
NH4⁠+
CH3COO-
NO2-

Slide 6 - Sleepvraag

Hoe goed ken jij de formules van de ionen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 7 - Poll

Hoe goed kun je zoutformules opstellen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 8 - Poll

Wat ga je doen om het (nog) beter te kunnen?
niets, ik heb het goed geleerd en weet/kan dit
ik kan het, maar moet het blijven herhalen
ik ken de ionen, maar heb uitleg nodig hoe je zoutformules maakt
ik heb de ionen geleerd, maar moet nog oefenen met zoutformules
ik ga leren en oefenen, want dat heb ik nog niet gedaan
iets anders, namelijk...

Slide 9 - Poll

Leerdoelen van deze les:
  • herkennen of een reactie een redoxreactie is of niet.
  • De begrippen oxidator en reductor kunnen uitleggen.

Slide 10 - Tekstslide

Inleiding Redoxreacties
In het volgende filmpje/demoproefje zie je de reactie tussen magnesium en zoutzuur.
Noteer nu eerst de juiste formules van deze stoffen voor de pijl:

........................... + ....................... -->

Gebruik de waarneming om de stof(fen) na de pijl te noteren.
DEMO

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Welk gas denk je dat er ontstaat?
A
chloor
B
zuurstof
C
waterstof
D
magnesium

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Video

Hoe kan bij deze reactie H2 ontstaan?
Mg (s)                   +        2  H+             -->   .............    +            H2

Slide 15 - Tekstslide

Dit is een RED-OX reactie
Mg (s)              +              2 H+             --> Mg2+  + H
staat e- af               neemt e- op
       =                                     =
REDuctor                 OXidator

Slide 16 - Tekstslide

elektronenoverdracht
Een reactie waarbij elektronen worden overgedragen van het ene deeltje naar het andere deeltje noem je een REDOXreactie

Je herkent een redoxreactie aan het veranderen van de lading van de deeltjes
(voorbeeldopracht 1 en huiswerk opgave 5)

Slide 17 - Tekstslide

Zijn dit wel of geen redoxreacties, sleep naar het juiste blok.
timer
3:00
Redoxreactie
GEEN Redoxreactie
2 Al + Br2 --> 2 AlBr3
HCN + OH- --> CN- + H2O
BaCl2 --> Ba2+ + 2 Cl-
2 HCl + Mg --> H2 + Mg2+
HCl + OH- --> H2O
Fe + 3 Ag+ --> Fe3+ + 3 Ag

Slide 18 - Sleepvraag

Welke bindingen worden verbroken/gevormd?
Mg (s)                   +        2  H+             -->   .............    +            H2
......
binding
......
binding

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Kookpunt van moleculen
  • Hoe sterker de binding(en) tussen moleculen, hoe lastiger dit te verbreken is en hoe hoger het kookpunt.
  • De H-brug is sterker dan de vanderwaalsbinding. 

  • Voorbeeld: H2O (18 u, 373 K) vergeleken met H2S (34u, 213 K)

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Eigen werk
- doorlezen H7.1 blz 14 + 15
- bestudeer voorbeeldopdracht 1 op blz 15
- leer de definitie van oxidator, reductor en redoxreactie
- maken: opgave 2, 5, 7 en 9
- kijk je antwoorden na (online of in studiewijzer ELO)

Slide 32 - Tekstslide