conflicthantering

conflicthantering
sportleider als begeleider deel 1
thema 8 - paragraaf conflicthantering
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

conflicthantering
sportleider als begeleider deel 1
thema 8 - paragraaf conflicthantering

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een conflict?

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Als je het over een conflict hebt, bedoel je meestal dat er sprake is van tegenstellingen, van tegenstrijdige belangen of meningen tussen twee groepen of individuen.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een eenduidige formulering is moeilijk, maar een conflict heeft wel een aantal veelvoorkomende kenmerken:

  • Er is sprake van een belangenbotsing.
  • Het leidt tot heftige emoties.
  • Er is sprake van een aanleiding of een bepaalde oorzaak.
  • Het heeft een procesmatig karakter.
  • Het beïnvloedt de relatie.
  • Er is sprake van een communicatiestoring.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat voor soort conflict zag je op het plaatje?
A
zakelijk conflict/ onderhandelingsconflict
B
sociaal-emotioneel conflict
C
waardeconflict
D
machtsconflicten

Slide 6 - Quizvraag

benoem hier kort wat elk conflict inhoud.
Zakelijke conflicten
Zakelijke conflicten hebben betrekking op de inhoud, procedures, werkwijze, doelstelling, taakverdeling, strategie. Dit soort conflicten noem je ook wel inhoudelijke of instrumentele conflicten.

Sociaal-emotionele conflicten
Sociaal-emotionele conflicten gaan over de onderlinge verhoudingen. Daarin spelen meestal allerlei gevoelens een rol (jaloezie, woede, verliefdheid, vertrouwen, acceptatie). Dit soort conflicten worden relationele conflicten genoemd.

Waardeconflicten
Waardeconflicten ontstaan doordat men van mening verschilt op het gebied van waarden en normen. Soms kan dit tot een ideologieconflict leiden. Ideologieconflicten hebben vooral betrekking op levensvragen. Je kunt hierbij denken aan een conflict over euthanasie of abortus.

Machtsconflicten
Machtsconflicten gaan over wie het voor het zeggen heeft, over beslissingsrecht en bevoegdheden, over autonomie en verantwoordelijkheid. Zo kan de trainer in een machtsconflict raken met het bestuur of de sponsor.

Onderhandelingsconflicten
Onderhandelingsconflicten hebben te maken met het verdelen van meestal schaarse middelen: geld, materiaal, voedsel en dergelijke. Er ontstaat strijd omdat iedereen een deel van de koek voor zichzelf of voor de eigen afdeling (team) wil hebben.

 Als je goed kijkt naar hoe mensen reageren tijdens een conflict, zie je dat twee factoren een belangrijke rol spelen:

  • aandacht voor het standpunt van de ander: zorg voor de relatie
  • aandacht voor zijn eigen standpunt: zorg voor het resultaat.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke stijlen ken jij om een conflict te hanteren?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Ontlopen of vermijden
Iemand die de stijl ‘ontlopen’ gebruikt, gaat het conflict niet aan. Hij ontloopt of vermijdt het conflict. Er is weinig zorg voor de ander. Dit kan terecht zijn, zoals in het voorbeeld van de caissière, maar kan ook voortkomen uit angst of onzekerheid. Je durft de confrontatie met de ander niet aan of bent bang om afgewezen te worden.
Bij de stijl ‘ontlopen’ is er ook geen of weinig zorg voor het resultaat. Je komt niet op voor je eigen belang. Dit kan bewust zijn, omdat de zaak het niet waard is om je druk over te maken. Het is echter ook mogelijk dat je niet assertief genoeg bent om voor je eigen belang op te komen. Je bent te verlegen om er iets van te zeggen en ontloopt het conflict.
Toegeven of toedekken
Toedekken is een juiste strategie wanneer je de relatie belangrijk vindt, maar het onderwerp waarover het gaat niet. Denk aan het voorbeeld van het badpak. Het gaat je om het goedhouden van de relatie. Het gebeurt echter ook dat mensen de stijl van toedekken gebruiken, terwijl het onderwerp eigenlijk best belangrijk is. Het eigen belang wordt dan aan de kant geschoven om de relatie goed te houden. Dit zie je bij mensen met weinig zelfvertrouwen, die bang zijn om door anderen onaardig gevonden te worden. Ook kan het zijn dat iemand denkt dat de relatie geen meningsverschil kan verdragen. In een goede relatie kun je best een keer lekker ruziemaken over een lelijk badpak.
Doordrukken of forceren
Doordrukken of forceren is een zeer assertieve manier van optreden, met weinig zorg voor de relatie met de ander. Het eigen belang is groot. Je wilt je doel bereiken, desnoods ten koste van de ander(en). Je ziet het conflict als een kwestie van winnen of verliezen. Je kunt op verschillende manieren forceren of doordrukken. Je kunt machtsmiddelen gebruiken, dreigen, schreeuwen, maar ook zielig gaan doen, huilen en op het gevoel van anderen inspelen.
Probleemoplossend handelen of confronteren
Probleemoplossend handelen, ook wel confronteren genoemd, is een juiste stijl wanneer zowel de relatie als het resultaat belangrijk zijn. Je wilt het onderste uit de kan halen, zowel voor de relatie als voor het resultaat. Bij deze conflicthanteringsstijl neem je de tijd om de tegenstelling in het conflict zo goed mogelijk te onderzoeken. Je kiest daarom voor een open en directe communicatie. Bovendien kies je voor een oplossing waar beide partijen achter kunnen staan. Het geheel is een kwestie van geven en nemen. Je draait niet om de hete brij heen, maar confronteert de andere partij met de tegenstelling. Vandaar dat de stijl ook wel confronteren wordt genoemd.
De gulden middenweg of compromis sluiten
Zowel de relatie als het onderwerp is hierbij enigszins belangrijk. Door allebei snel water bij de wijn te doen, kom je tot een oplossing van het conflict. Je sluit een compromis dat voor beide partijen acceptabel is. Meestal gaat het niet om het vinden van de beste oplossing, maar om het vinden van de snelste oplossing.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is voor jou een conflichthanteringsstijl die jou aanspreekt?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

bedenk ik een klein groepje welke stappen jij zet (op volgorde van handelen) bij een conflict? (tijd 5 min)

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies