Grammatica wat weet ik? (zelfdt nw, lidwoord. bijv.naamwoord)
Wat is een zelfstandig naamwoord?
A
mensen, planten, dieren, dingen
B
mensen, planten, dieren, lidwoorden
C
mensen en dieren
D
mensen, lidwoorden
1 / 16
Onderdelen in deze les
Wat is een zelfstandig naamwoord?
A
mensen, planten, dieren, dingen
B
mensen, planten, dieren, lidwoorden
C
mensen en dieren
D
mensen, lidwoorden
Slide 1 - Quizvraag
Wat is GEEN zelfstandig naamwoord?
A
Calvin
B
huis
C
praat
D
oplader
Slide 2 - Quizvraag
zelfstandig naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
Zelfstandig
naamwoord
naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
peren
aardige
auto
Roos
lokalen
klein
Slide 3 - Sleepvraag
Wat is in de onderstaande zin het bijvoeglijk naamwoord?
De leerlingen uit HA1C zijn leergierig.
De leerlingen uit HA1C zijn leergierig.
A
leerlingen
B
leergierig
C
de
D
HA1C
Slide 4 - Quizvraag
Wat is GEEN zelfstandig naamwoord?
A
paard
B
school
C
liefde
D
mooi
Slide 5 - Quizvraag
lieve
Het
kind
at
een
ijsje
zelfstandig naamwoord
bijvoeglijk naamwoord
lidwoord
lidwoord (onbepaald)
werkwoord
zelfstandignaamwoord
Slide 6 - Sleepvraag
bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
abstract zelfstandig naamwoord
concreet zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
Slide 7 - Sleepvraag
bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
abstract zelfstandig naamwoord
concreet zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
Slide 8 - Sleepvraag
bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
abstract zelfstandig naamwoord
concreet zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
Slide 9 - Sleepvraag
bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
abstract zelfstandig naamwoord
concreet zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
Slide 10 - Sleepvraag
bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
abstract zelfstandig naamwoord
concreet zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
Slide 11 - Sleepvraag
bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
abstract zelfstandig naamwoord
concreet zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
Slide 12 - Sleepvraag
bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
abstract zelfstandig naamwoord
abstract zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
Slide 13 - Sleepvraag
bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
abstract zelfstandig naamwoord
concreet zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
Slide 14 - Sleepvraag
bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
abstract zelfstandig naamwoord
concreet zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
Slide 15 - Sleepvraag
Vervolg les......
(Bij meer dan 5 fouten meedoen)
(Bij meer dan 5 fouten meedoen)
A
Ik doe mee met de instructie van het bijvoeglijk naamwoord.
B
Ik ga aan de slag met de weektaak:
Hoofdstuk 6 1 t/m 8
C
Ik heb nog hulp nodig bij het zelfstandig naamwoord en het lidwoord.
