Les 21 - Deel 1 Spelling

Les 21
Taallab

Deel 1 

Spelling
1 / 53
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Les 21
Taallab

Deel 1 

Spelling

Slide 1 - Tekstslide

Spelling
Deel 1 

Spelling

Je gaat deze les zelfstandig verwerken. 
Volg de instructies.

Slide 2 - Tekstslide

Spelling
Theorie

Bekijk het instructiefilmpje op Pelckmans Portaal. 
Duid ondertussen de belangrijke termen aan in de theoriekader op p. 252.


Slide 3 - Tekstslide

Spelling
Oefening 1 op p. 251


Schrijf het meervoud. 

Slide 4 - Tekstslide

Schrijf het meervoud van kiwi

Slide 5 - Open vraag

Wat is het meervoud van etalage?
A
etalage's
B
etalages

Slide 6 - Quizvraag

Schrijf het meervoud van lolly

Slide 7 - Open vraag

Wat is het meervoud van radio?
A
radio's
B
radios

Slide 8 - Quizvraag

Schrijf het meervoud van encyclopedie

Slide 9 - Open vraag

Spelling
Oefening 1 op p. 251


Het meervoud: 

a. kiwi's
b. etalages
c. lolly's
d. radio's
e. encyclopedieën

Slide 10 - Tekstslide

Spelling
Oefening 1 op p. 251


Schrijf het verkleinwoord. 

Slide 11 - Tekstslide

Schrijf het verkleinwoord van café

Slide 12 - Open vraag

Wat is het verkleinwoord van ski?
A
skitje
B
skietje

Slide 13 - Quizvraag

Schrijf het verkleinwoord van boom

Slide 14 - Open vraag

Wat is het verkleinwoord van smiley?
A
smileyje
B
smileytje

Slide 15 - Quizvraag

Schrijf het verkleinwoord van paraplu

Slide 16 - Open vraag

Spelling
Oefening 1 op p. 251


Het verkleinwoord: 

a. cafeetje
b. skietje
c. boompje
d. smileytje
e. parapluutje

Slide 17 - Tekstslide

Spelling
Oefening 1 op p. 251


Schrijf de bezitsvorm. 

Slide 18 - Tekstslide

Schrijf de bezitsvorm van

de laptop van Stephanie

Slide 19 - Open vraag

Wat is de bezitsvorm van

de rugzak van Tijl

A
Tijls rugzak
B
Tijl's rugzak

Slide 20 - Quizvraag

Schrijf de bezitsvorm van

de fiets van Belmira

Slide 21 - Open vraag

Wat is de bezitsvorm van

de pen van Anas
A
Anass pen
B
Ana's pen

Slide 22 - Quizvraag

Schrijf de bezitsvorm van

de lunch van Ronny

Slide 23 - Open vraag

Spelling
Oefening 1 op p. 251


De bezitsvorm: 

a. Stephanies laptop
b. Tijls rugzak
c. Belmira’s fiets
d. Anas’ pen
e. Ronny’s lunch

Slide 24 - Tekstslide

Spelling
Theoriekader op p. 252

Neem het theoriekader nog eens goed door. 

Maak daarna de oefeningen via Lessonup en schrijf nadien het juiste antwoord op in de cursus. 
Niet elke oefening is opgenomen in de Lessonup, maar je maakt ze allemaal. Als je helemaal klaar bent, verbeter je de andere oefeningen via Pelckmans Portaal of de correctiesleutel van de leerkracht.

Slide 25 - Tekstslide

Spelling
Oefening 2 op p. 252

a. Schrijf het meervoud

Slide 26 - Tekstslide

Schrijf het meervoud van campagne

Slide 27 - Open vraag

Wat is het meervoud van pony
A
ponys
B
pony's

Slide 28 - Quizvraag

Schrijf het meervoud van cadeau

Slide 29 - Open vraag

Wat is het meervoud van melodie
A
melodieën
B
melodiën

Slide 30 - Quizvraag

Schrijf het meervoud van studio

Slide 31 - Open vraag

Spelling
Oefening 2 op p. 253

b. Schrijf het verkleinwoord

Slide 32 - Tekstslide

Schrijf het verkleinwoord van logé

Slide 33 - Open vraag

Wat is het verkleinwoord van taxi
A
taxitje
B
taxietje

Slide 34 - Quizvraag

Schrijf het verkleinwoord van scherm

Slide 35 - Open vraag

Wat is het verkleinwoord van camera
A
cameraatje
B
cameratje

Slide 36 - Quizvraag

Schrijf het verkleinwoord van rally

Slide 37 - Open vraag

Spelling
Oefening 2 op p. 253

c. Schrijf de bezitsvorm

Slide 38 - Tekstslide

Schrijf de bezitsvorm van

het lievelingsgerecht van Wiam

Slide 39 - Open vraag

Wat is de bezitsvorm van

de boterhammen van Senne
A
Senne's boterhammen
B
Sennes boterhammen

Slide 40 - Quizvraag

Schrijf de bezitsvorm van

de frietjes van Jens

Slide 41 - Open vraag

Wat is de bezitsvorm van

de pizza van Rianni
A
Riannis pizza
B
Rianna's pizza

Slide 42 - Quizvraag

Schrijf de bezitsvorm van

de koekjes van Boaz

Slide 43 - Open vraag

Spelling
Oefening 3 op p. 253

Vraag a 

Schrijf zowel het meervoud als het verkleinwoord op van de gekleurde woorden. Doe dit direct in de cursus.

Slide 44 - Tekstslide

Spelling
Oefening 3 op p. 253

Vraag b 

Gebruik de bezitsvorm in de zoekertjes. Doe dit eerst via Lessonup en schrijf nadien het juiste antwoord op in de cursus.

Slide 45 - Tekstslide

Wat is de bezitsvorm van

een film van Netflix
A
Netflixs film
B
Netflix' film

Slide 46 - Quizvraag

Geef de bezitsvorm van

een handtas van Gucci

Slide 47 - Open vraag

Wat is de bezitsvorm van

Nieuwste model van Mercedes
A
Mercedes' nieuwste model
B
Mercedess nieuwste model

Slide 48 - Quizvraag

Geef de bezitsvorm van

iPhone van Apple

Slide 49 - Open vraag

Wat is de bezitsvorm van

de winkels van Esprit
A
Esprits winkels
B
Esprit's winkels

Slide 50 - Quizvraag

Spelling
Oefening 4 op p. 254

Vraag a

Geef het meervoud en het verkleinwoord van de gekleurde woorden. 

Vraag b

Geef daarna de bezitsvorm van elke persoon.
(Ernest, Naira, Anaïs, Miel, Mariatou)

Maak dit direct in de cursus.

Slide 51 - Tekstslide

Spelling
Oefening 5 op p. 253

Verbeter de volgende fouten in de tekst (zoek de fouten en verbeter ze direct in de cursus): 

- smiley'tje
- meme's
- theoriën
- onthuldt
- Lauras
- verzameldde
- reactie's
- antwoord
- verteld
- Ponnet's

Slide 52 - Tekstslide

Spelling
Je bent op het einde van deel 1 (spelling). 

Verbeter nu via Pelckmans Portaal of de verbetersleutel.

! Je verbetert met een andere kleur !

- oefening 3a op p. 253
- oefening 4a en b op p. 254
- oefening 5 op p. 255

Ga nadien naar deel 2 (taalstudie). 

Slide 53 - Tekstslide