In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Inklemmen
Slide 1 - Tekstslide
Jantien laat foto's afdrukken. De formule die hiervoor gebruikt wordt is: Bedrag = 2,50 + 0,50f (f = aantal foto's). Jantien moet € 15,00 betalen. Hoeveel foto's heeft ze laten afdrukken?
A
5
B
25
C
26
D
24
Slide 2 - Quizvraag
Slide 3 - Woordweb
Kennen jullie deze sommen nog?
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Hoe los je dit op?
Tel de waarden van de letters bij elkaar op. Dus 1 + 3 + 1 + 1 = 6
Het totale aantal punten was 12, dus je wilt weten: 6 + ? = 12
Bereken wat er op de plek van het vraagteken moet staan, dus 12 - 6 = ?, dus ? = 6
Slide 6 - Tekstslide
Noteer je berekening als volgt:
1 + 3 + 1 + 1 = 6
6 + ? = 12
Dus op de plaats van het vraagteken staat 6
Slide 7 - Tekstslide
Aan het werk:
Maak de opdrachten die horen bij de taak van week 42.
Je mag fluisterend overleggen met degene naast je.
Aftekenen van de voorgaande taken (ik wijs leerlingen aan)