Man

Basisstof 2 
Een vrouw 
(Wat weet je nog?)
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Basisstof 2 
Een vrouw 
(Wat weet je nog?)

Slide 1 - Tekstslide

In welk orgaan worden de eicellen bewaard?
A
eileider
B
eierstok
C
baarmoeder
D
vagina

Slide 2 - Quizvraag

In welk orgaan kan een eicel worden bevrucht?
A
eileider
B
eierstok
C
baarmoeder
D
vagina

Slide 3 - Quizvraag

In welk orgaan zal een kindje groeien en zich ontwikkelen?
A
eileider
B
eierstok
C
baarmoeder
D
vagina

Slide 4 - Quizvraag

Janneke wordt op 2 april ongesteld.
Wanneer zal zij haar eerstvolgende eisprong hebben?
A
9 april
B
16 april
C
23 april
D
30 april

Slide 5 - Quizvraag

Basisstof 3 Een Man
(blz. 29-31)
Lesdoelen:
Je kent de vp-organen van de man en kunt ze aanwijzen en weet hun functie;
Je weet hoe zaadcellen gebouwd zijn.

Slide 6 - Tekstslide

Wat weet je al van het voortplantingsstelsel van een man?

Slide 7 - Woordweb

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Het scrotum regelt de perfecte temperatuur!

Slide 10 - Tekstslide

Zaadcel:
  • kop (DNA)
  • mitochondriën
  • zweephaar

Slide 11 - Tekstslide

Lesdoelen gehaald?
  • Je kent de voortplantingsorganen van de man en kunt ze op een plaatje aanwijzen en je kent de functie van elk onderdeel.
  • Je weet hoe een zaadcel gebouwd is.

Slide 12 - Tekstslide

Waarvoor dient het vocht uit de zaadblaasjes?
A
het doodt bacteriën
B
het geeft voedsel aan de zaadcellen
C
het maakt de vagina minder zuur
D
het reinigt de plasbuis

Slide 13 - Quizvraag

Waarvoor dient het vocht uit de prostaat?
A
het doodt bacteriën
B
het geeft voedsel aan de zaadcellen
C
het maakt de vagina minder zuur
D
het reinigt de plasbuis

Slide 14 - Quizvraag

Waarvoor dient het vocht uit de klieren van Cowper?
A
het doodt bacteriën
B
het geeft voedsel aan de zaadcellen
C
het maakt de vagina minder zuur
D
het reinigt de plasbuis

Slide 15 - Quizvraag

Waarvoor dienen de zwellichamen?
A
ze zorgen voor een erectie
B
regelen de temperatuur
C
ze produceren zaadvocht
D
ze helpen een orgasme te bereiken

Slide 16 - Quizvraag

Wat is de functie van de teelballen?
A
ze maken alleen zaadcellen
B
ze maken alleen zaadvocht
C
ze maken alleen geslachtshormoon
D
ze maken zaadcellen en geslachtshormoon

Slide 17 - Quizvraag

Aan de slag!
Maak de opdrachten 1 t/m +9

Kijk daarna je opdrachten na!

Slide 18 - Tekstslide