Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
FA trede 3.1: Herhaling avoir + leren être
Lundi, 30 août
Aujourd'hui c'est lundi le 26 septembre
1 / 29
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
In deze les zitten
29 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
2 videos
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Lundi, 30 août
Aujourd'hui c'est lundi le 26 septembre
Slide 1 - Tekstslide
Ben je tevreden over vorige week?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 2 - Poll
Lesdoelen deze week:
Ik herhaal het werkwoord Avoir
Ik ken het werkwoord être
Ik kan het werkwoord être vervoegen
Ik ken de woordjes van trede 1
Slide 3 - Tekstslide
www.quizlet.live
C58-AA7
Slide 4 - Tekstslide
AVOIR
hebben
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Nederlands
ik heb
jij hebt
hij heeft
zij heeft
men heeft / wij hebben
Frans
j'ai
tu as
il a
elle a
on a
Slide 7 - Tekstslide
Nederlands
wij hebben
jullie hebben / u heeft
zij hebben (mmv / gmv)
zij hebben (vmv)
Frans
nous avons
vous avez
ils ont
elles ont
Slide 8 - Tekstslide
AVOIR
Meerkeuzevragen
Slide 9 - Tekstslide
wij hebben
A
nous avons
B
vous avez
C
vous avons
D
nous avez
Slide 10 - Quizvraag
jij hebt
A
nous avons
B
vous avez
C
tu as
D
il a
Slide 11 - Quizvraag
jullie hebben, u heeft
A
nous avons
B
vous avez
C
vous avons
D
nous avez
Slide 12 - Quizvraag
zij heeft
A
nous avons
B
vous avez
C
elle a
D
elles ont
Slide 13 - Quizvraag
hij heeft
A
nous avons
B
il a
C
vous avez
D
elle a
Slide 14 - Quizvraag
ik heb
A
j'ai
B
je suis
Slide 15 - Quizvraag
Wat betekent "tu as"?
A
zij hebben
B
hij heeft
C
jij hebt
D
ik heb
Slide 16 - Quizvraag
Wat betekent "nous avons"?
A
ik heb
B
u heeft
C
wij hebben
D
zij hebben
Slide 17 - Quizvraag
Wat betekent "il a" ?
A
hij heeft
B
zij heeft
C
u heeft
D
zij hebben
Slide 18 - Quizvraag
Hoe vertaal je "men heeft" in het Frans ?
A
ils ont
B
nous avons
C
j'ai
D
on a
Slide 19 - Quizvraag
Hoe vertaal je "zij hebben" in het Frans ?
A
ils ont
B
elle a
C
vous avez
D
tu as
Slide 20 - Quizvraag
A. optreden
B. ontdekt worden
C. zin hebben om te
A. zij heeft
B. zij hebben
C. men heeft
D. jullie hebben
E. jij / je hebt
F. wij hebben
1. nous avons
2. tu as
3. ils ont
4. on a
5. vous avez
6. elle a
Slide 21 - Sleepvraag
Lesdoelen deze week:
Ik ken het werkwoord être
Ik kan het werkwoord être vervoegen
Slide 22 - Tekstslide
ÊTRE
zijn
Slide 23 - Tekstslide
Nederlands
ik ben
jij bent
hij is
zij is
men is / wij zijn
Frans
je suis
tu es
il est
elle est
on est
Slide 24 - Tekstslide
Nederlands
wij zijn
jullie zijn / u bent
zij zijn (mmv / gmv)
zij zijn (vmv)
Frans
nous sommes
vous êtes
ils sont
elles sont
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Video
vertaal: ik ben 13 jaar
Slide 27 - Open vraag
Werkdoelen
être
A la recherche d'un camping
Tu t'appelles comment?
Fiche d'identité
Slide 28 - Tekstslide
Au revoir
Slide 29 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
FA trede 7.1: Herhaling avoir + être
November 2022
- Les met
21 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
FA Trede 9.4: Il y a + tellen t/m 100 + stof voor de toets
Mei 2022
- Les met
32 slides
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
CH 1 H persoonlijke voornaamwoorden
November 2022
- Les met
18 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
FA trede 1.3: Avoir + vocabulaire lijst
December 2023
- Les met
19 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Klas 1 - persoonlijk voornaamwoord + avoir
Oktober 2024
- Les met
18 slides
Frans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
13/9
September 2022
- Les met
14 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Trede 15 / 20
Juni 2023
- Les met
34 slides
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Klas 1 - persoonlijk voornaamwoord + avoir
November 2023
- Les met
27 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1