HAVO VWO2Herhalen H2, paragraaf 1, 2, 3 en 4

HAVO / VWO 2
Herhalen H2, paragraaf 1, 2 en 3
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

HAVO / VWO 2
Herhalen H2, paragraaf 1, 2 en 3

Slide 1 - Tekstslide

Welke soort steden heb je?

Slide 2 - Woordweb

Soorten steden
  1. Wereldstad/ global cities: een stad met veel inwoners én veel invloed op de wereld (de economie, cultuur, politiek). New York, Tokyo, Londen en Parijs.  
  2. Megastad: een stad met meer dan 10 miljoen inwoners. 
  3. Hoofdstad: in deze stad zit vaak de regering. Het is vaak de grootste stad van het land, maar niet altijd. 
  4. Primate City: een stad die vele malen groter is dan 2e stad in het land qua inwoneraantallen. 

Slide 3 - Tekstslide

Welke uitspraak over verstedelijkingsgraad is goed?
A
Spanje: 20%
B
Nederland: 50%
C
Nigeria: 45%
D
Kenia: 80%

Slide 4 - Quizvraag

Rijk land
Arm land
Hoog verstedelijkingstempo
Laag verstedelijkingstempo
Laag verstedelijkingsgraad
Hoog verstedelijkingsgraad

Slide 5 - Sleepvraag

Wat zijn de oorzaken van urbanisatie?

Slide 6 - Open vraag

2.3 Groei van de stad:
Urbanisatie vindt op verschillende manieren plaats:
1. Mensen trekken van het platteland/ het dorp naar de stad. 
 Er komen meer mensen bij, dan er vertrekken (=vestigingsoverschot).

2. De, dus vooral jonge, mensen in de stad stichten een gezin 
(= natuurlijke groei).


Slide 7 - Tekstslide

Suburbs
Central Business District
Werken
Hoogbouw
Laagbouw
Wonen
In het centrum
Buiten de stad

Slide 8 - Sleepvraag

Suburbs
CBD

Slide 9 - Tekstslide

Segregatie

Slide 10 - Tekstslide

Informele sector
= zwart betaald, geen belasting, geen minimumloon.

  • Schoenenpoetsen. 
  • Taxi rijden. 
  • Diensmeisje.
  • Spullen verkopen op straat.
  • Schoonmaken.


Formele sector
= belasting , werk staat geregistreerd, minimumloon.

  • Docenten.
  • Autoverkopers.
  • Kappers.
  • Dokters.
Eigenlijk bijna alles in Nederland.

Slide 11 - Tekstslide

Hoe noemen we het als groepen gescheiden van elkaar leven? Denk aan de foto met de huizen.

Slide 12 - Open vraag

Wat van soort werk past
bij de informele sector?

Slide 13 - Woordweb

Waar ontstaan sloppenwijken?

Slide 14 - Open vraag

Sloppenwijken
In een megastad is vaak alleen nog plek op de plaatsen waar niemand wil wonen: langs een spoorlijn, bij een vuilnisbelt, aan de rand of langs een steile helling. 







Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Tekstslide

Sloppenwijk 'Kibera' in Nairobi
De meeste sloppenwijkbewoners van Kibera leven in extreme armoede en verdienen minder dan $ 2 per dag. De werkloosheidscijfers zijn hoog. 12% van de bevolking leeft met hiv. Gevallen van aanranding en verkrachting komen vaak voor. Er zijn weinig scholen en de meeste mensen kunnen zich geen onderwijs voor hun kinderen veroorloven. Schoon water is schaars. Ziekten veroorzaakt door slechte hygiëne komen veel voor. Een grote meerderheid die in de sloppenwijk woont, heeft geen toegang tot basisvoorzieningen, waaronder elektriciteit, stromend water en medische zorg.

Slide 18 - Tekstslide