democratie les 1

Welkom in de burgerschaples!
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Welkom in de burgerschaples!

Slide 1 - Tekstslide

Begin met de vraag: waar hebben we het de vorige les over gehad? 

Laat leerlingen benoemen:
- samenleving/maatschappij
- sociale omgeving
- identiteit
- regels en wetten
- sociaal wezen
- etc.

Democratie
1. Wat is de Tweede Kamer?
2. Wie is de minister-president?
3. Wat is stemmen?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag

1.  Begrippenlijst 
2. de Tweede Kamer
3.  democratie in Nederland
4. 
5.  Afsluiting

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Democratie
Ruim 2500 jaar geleden bedachten de Grieken in Athene het idee democratie. Wanneer politici iets moesten beslissen, haalden ze alle Atheense burgers (let wel: mannen) erbij om een besluit te nemen. 
politici
Personen (mannen/vrouwen) die zich dagelijks bezig houden met de politiek.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Democratie
Ons woord voor democratie komt dus uit het Grieks. Het bestaat uit twee woorden:
  • Demos = volk
  • Kràtos = regeren
Samen betekent democratie dus: het volk regeert. 
democratie
De macht ligt bij de burgers van een samenleving. Bijvoorbeeld: In Nederland kiezen burgers over hun bestuur.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begrippenlijst
1. het parlement                    8. de politieke partij
2. de regering                         9. socialistisch
3. de minister                     10. liberaal
4. de wet
5. het stemmen
6. de mening
7. het volk

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel stoelen in de Tweede Kamer
timer
0:10
A
200 stoelen
B
150 stoelen
C
100 stoelen
D
250 stoelen

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Na de verkiezingen worden de stoelen in de Tweede Kamer verdeeld tussen de politieke partijen. Meer stemmen = Meer stoelen in de Tweede Kamer

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel stoelen in de Tweede kamer krijgt een politieke partij
timer
0:20
A
dat hangt af van het aantal stemmen
B
dat ligt eraan hoe hard ze schreeuwen
C
dat ligt eraan hoe hoeveel meningen ze hebben
D
hoeveel mensen er in de partij zitten

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Alle politieke partijen hebben een eigen mening. Voordat je dus gaat stemmen moet je weten welke politieke partij dezelfde mening heeft die jij ook hebt. 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschil politieke partijen
Voorbeeld:

1. Er moet meer belasting komen zodat werklozen meer geld van de overheid kunnen krijgen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies