In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Afstand
Slide 1 - Tekstslide
Afstand tussen twee punten
.
Wat is de afstand tussen de twee blauwe punten?
Notatie: d(A,B)= .... cm
Afkorting 'd'
Deze afkorting wordt gebruikt om afstand aan te geven.
Tussen haakjes
De twee hoofdletters tussen haakjes staan voor de punten A en B. We moeten dus de afstand tussen punt A en punt B.
Slide 2 - Tekstslide
Waarvoor staat de letter 'd' in de notatie van afstand?
A
Engelse 'distance'
B
Dertussen
Slide 3 - Quizvraag
Afstand tussen een punt en een rechte
Wat is op deze afbeelding de kortste weg van
de trampoline naar de straat?
a
b
c
Slide 4 - Tekstslide
Kortste weg naar de straat?
A
a
B
b
C
c
Slide 5 - Quizvraag
Wat is de onderlinge ligging van het lijnstuk dat de kortste weg voorstelt en de straat?
Slide 6 - Open vraag
DEFINITIE
De afstand van een punt tot een rechte is:
de kortste afstand van dat punt tot die rechte.
Dat is de afstand van dat punt tot het voetpunt van de loodlijn door dat punt op die rechte
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Afstand tussen twee evenwijdige rechten
Hier worden verschillende afstanden getoont.
Afstand AD
Afstand BE
Afstand CF
Welke van deze bepaald de breedte van het tennisveld?
Slide 9 - Tekstslide
Welke van deze bepaald de breedte van het tennisveld?
A
IADI
B
IBEI
C
ICFI
Slide 10 - Quizvraag
DEFINITIE
De afstand tussen twee evenwijdige rechten is:
de kortste afstand tussen die rechten, dat is de afstand van een punt op de ene rechte tot het voetpunt van de loodlijn door dat punt op de andere rechte.
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
En nu oefeningen!
Ga naar de PowerPoint die jullie in mail toegestuurd hebben gekregen!