Duurzame bodem H1 2 en 3

• Veehouderij
• MBO
• Studiejaar 2

Duurzame bodem

Niveau 3 

Leerjaar 2

Periode 5 Buitenregio stage

Meneer Mollink

Wat weten jullie over duurzame bodem?

Buitenregio Stage

4 dagen stage

1 dag les op school

IO opdracht duurzame bodem

Toets H3 Duurzame bodem

Planning

Vandaag:

H1  persoonlijk handelingsplan

H2 regio en kengetallen

H3 Duurzame bodem (begin maken)

IO opdracht duurzame bodem

Vlog of Verslag

Advies is een vlog!

Keuze is aan jezelf!

Persoonlijk handelingsplan

Maak een persoonlijk handelingsplan zoals beschreven staat in de IO opdracht.

Hiervoor hebben jullie 10 minuten.

Dit handelingsplan gaan jullie met jullie BPV begeleider bespreken op stage!

Regiokeuze

Noord-Holland

Zuid Holland

Noord-Brabant

Zeeland

Limburg

Groningen

Drenthe

Friesland

Overijssel

Gelderland

Utrecht

Flevoland

Opdracht 2.1

Verwerk de volgende informatie:

In het verslag of de vlog werk je de volgende vragen uit:

1. Waarom heb je gekozen voor deze regio?

2. Vergelijk deze regio met jouw eigen regio. Wat zijn de verschillen en wat zijn de overeenkomsten? Denk daarbij aan grondsoort, landschap, regionale problemen met bijvoorbeeld droogte, bedrijfsvoering en gewassen.

3. Wat is de gezinssamenstelling van het BPV-bedrijf?

4. Werkt de familie mee in het bedrijf of wordt er (veel) met extra medewerkers gewerkt? (Hoe wordt het werk verdeeld?)

Kengetallen BPV bedrijf

In de eerste week ga je ook de algemene bedrijfsgegevens van jouw BPV-bedrijf verzamelen. De bijlage hieronder vind je een formulier waarmee je een goed beeld krijgt van: 

de grootte van het bedrijf in ha;

aantal arbeidskrachten;

veebezetting;

productie;

melkcontrole;

voederverbruik;

opbrengst afgezet tegen voerkosten per koe en per ha.

Opdracht 2.2

Print het formulier in de bijlage van de ELO:

Verzamel de gegevens; 

Verwerk dat in je verslag of licht het toe in je vlog.

De melkveehouder kan deze gegevens toelichten. Plan dit gesprek met hem of haar in.

Hoofdstuk 3 duurzame bodem

De eerste agrariër heeft het over bodemdiversiteit. Wat bedoelt hij daarmee?

De tweede agrariër geeft aan dat hij anders naar de bodem is gaan kijken door het project Bodem en Water waaraan hij heeft meegedaan.
Wat zie jij aan de bodemlagen die in de video (2.35 min) te zien zijn?

Waar komt veengrond voor?

1. Drenthe, Friesland, Noord-Holland en Zuid- Holland
2. Overijssel, Limburg en Gelderland
3. Groningen en Noord Brabant
4. Friesland, Flevoland en Overijssel

Veengrond

- Hoog organisch stof gehalte

- lage draagkracht

- mais niet geschikt op veengrond

Waar kom je kleigrond tegen in Nederland?

Kleigrond

- vaak alleen geschikt voor grasland

- slechte doorworteling

Wat is het verschil in zandgrond in Overijssel/Gelderland t.o.v. andere provincies?

Zandgronden

- Zandgrond is goed doorlatend waardoor uitspoeling van nutriënten naar het grond- of oppervlaktewater een probleem kan vormen.

Opdracht 3.1

Ga na welke verschillende grondsoorten er op het bedrijf voorkomen. Achterhaal deze gegevens op de website www.boerenbunder.nl. Beschrijf dit in je verslag of vlog.

 

Vraag het meest recente bodemanalyseformulier op van een graslandperceel (en ter vergelijking eventueel ook van een perceel waar een ander voedergewas wordt verbouwd). Voeg deze toe aan je verslag of toon deze in jouw vlog.

Maak een bodemprofielkuil op het graslandperceel.

Maak hiervan duidelijke foto’s of videobeelden.

Licht toe wat je ziet in de profielkuil.

Maak een link met het bodemanalyseformulier. Wat lees je daaruit en wat zie je in de profielkuil?

Benoem 2 goede punten van het perceel en 2 mindere punten.

Benoem ook hoe je deze mindere punten kan verbeteren (indien mogelijk).