Periode 3 - Week 13 - H.2 Stijlfiguren

Hallo en welkom allemaal!


1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Hallo en welkom allemaal!


Slide 1 - Tekstslide

Dinsdag 30 maart 
week 13

Wat gaan we doen:

  • Theorie stijlfiguren: herhaling, tautologie, pleonasme
  • Oefenvragen maken in deze LessonUp
      

Slide 2 - Tekstslide

STIJLFIGUREN
gebruik je om indruk te maken op een luisteraar of lezer.
 
Het zijn taalmiddelen om dat wat je wilt zeggen, treffender of sterker uit te drukken.


Slide 3 - Tekstslide

EIND WEEK 20
Welke stijlfiguren moet je kennen - Overzicht

  • herhaling
  • tautologie
  • pleonasme
  • vooropplaatsing
  • opsomming
  • climax
  • anticlimax
  • parallellisme
  • tegenstelling
  • overdrijving
  • retorische vraag
Klik hier voor het leerstofoverzicht voor tw3 (zie ook Classroom).
Uit: 'Op Niveau'

Slide 4 - Tekstslide

over: herhalingen!

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Wat is wat?
Pleonasme herhaalt een eigenschap dat al in een woord verwerkt zit (twee verschillende woordsoorten).

Tautologie zegt twee keer hetzelfde (synoniemen).

Slide 7 - Tekstslide

Nog even iets extra's:
Pleonasme: je voegt een eigenschap van iets toe in een uiting, terwijl dat niet nodig is of al vanzelf spreekt. De woorden die gebruikt worden, behoren niet tot dezelfde woordsoort.

Tautologie: je zegt/schrijft twee keer hetzelfde, in andere woorden, achter elkaar. Hier worden wel vaak dezelfde woordsoorten gebruikt.

Let op: soms maken een pleonasme of een tautologie een tekst sterker.  Soms juist niet. Hier gaan we in een volgende les op in.

Slide 8 - Tekstslide

Een filmpje.
Noteer zoveel mogelijk tautologieën en pleonasmes

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Test jezelf! 

Een quizje met negen vragen over 
Stijlfiguren pleonasme en tautologie

Slide 11 - Tekstslide

De gele zonnebloemen maken de kamer veel gezelliger.
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 12 - Quizvraag

Door de regen kon je de overkant haast bijna niet meer zien.
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 13 - Quizvraag

Misschien dat ze er wellicht nog achter komen.
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 14 - Quizvraag

Deze zomer hadden wij de parasol wel nodig tegen de hete tropenzon.
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 15 - Quizvraag

De mondelinge bespreking
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 16 - Quizvraag

Het is gratis en voor niets.
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 17 - Quizvraag

Die spullen worden gewoon gratis weggegeven.
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 18 - Quizvraag

Natuurlijk controleren we vanzelfsprekend de antwoorden.
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 19 - Quizvraag

Het koude ijs zat als een dikke laag op de autoruit.
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 20 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen
tautologie en pleonasme?

Slide 21 - Open vraag

Bedenk zelf een zin met een pleonasme of tautologie

Slide 22 - Open vraag

Hierna een  filmpje met een overzicht van de verschillende soorten beeldspraak en stijlfiguren.

Handig voor de toets!

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video