Persoonsvorm en gezegde

Voorbeeld: 
Hij heeft de hele avond televisie gekeken.
PV= heeft
WG= heeft gekeken
Benoem bij elke zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde.
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Voorbeeld: 
Hij heeft de hele avond televisie gekeken.
PV= heeft
WG= heeft gekeken
Benoem bij elke zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde.

Slide 1 - Tekstslide

Volgens de buren staat het geluid wel erg hard.

Slide 2 - Open vraag

In de vakantie mag jij er voor zorgen.

Slide 3 - Open vraag

Hem vroegen ze niets.

Slide 4 - Open vraag

Ronald wil graag met je meerijden.

Slide 5 - Open vraag

Durf jij daar te blijven staan?

Slide 6 - Open vraag

Hij stond zeker een uur te wachten.

Slide 7 - Open vraag

Hij had daar moeten staan

Slide 8 - Open vraag

Hij vergist zich de laatste tijd wel erg vaak.

Slide 9 - Open vraag

Zij heeft zich opgegeven voor de wedstrijd.

Slide 10 - Open vraag

Hij at heel vaak zijn boterhammen niet op.

Slide 11 - Open vraag