Steigerung der Adjektive

Die Steigerung
(Trappen van vergelijking) 

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Die Steigerung
(Trappen van vergelijking) 

Slide 1 - Tekstslide

Was wisst ihr noch?
Das Adjektiv

Slide 2 - Tekstslide

Hausaufgaben besprechen

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Basisregels
  • Hoe maak je de trappen van vergelijking in het Duits?

Volgens de basisregels maar je de trappen van vergelijking door:
  1. Stellende trap: basis van het bijvoeglijk naamwoord
       -> klein, schnell
    2. Vergrotende trap: basis + er
       -> kleiner, scheller
    3. Overtreffende trap: basis + st
      -> kleinst, schnellst

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

De trappen van vergelijking: heiß
A
heiß - heißer - heißten
B
heiß - heißer - heißest
C
heiß - heißer - heißt

Slide 10 - Quizvraag

De trappen van vergelijking: lieb
A
lieb - lieber - liebsten
B
lieb - lieber - am liebsten
C
lieb - lieber - liebest

Slide 11 - Quizvraag

De trappen van vergelijking: weit
A
weit - weiter - weitesten
B
weit - weiter - weitsten
C
weit - weiter - am weitesten
D
weit - weiter - weitest

Slide 12 - Quizvraag

Maak de trappen van vergelijking van:
klein

Slide 13 - Open vraag

Maak de trappen van vergelijking van: schnell

Slide 14 - Open vraag

Maak de trappen van vergelijking van:
viel

Slide 15 - Open vraag

Maak de trappen van vergelijking van:
groß

Slide 16 - Open vraag

Maak de trappen van vergelijking van:
alt

Slide 17 - Open vraag

Maak de trappen van vergelijking van:
interessant

Slide 18 - Open vraag

Hausaufgaben

Slide 19 - Tekstslide