herhalingsles Op Schrift les 9,10,11,12

herhalingsles Op Schrift 
les 9, 10, 11, 12
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

herhalingsles Op Schrift 
les 9, 10, 11, 12

Slide 1 - Tekstslide

Advertentie schrijven
Hoe schrijf je een advertentie? 
Bestudeer les 9 in je boek!
Je krijgt zometeen een opdracht. 
timer
1:00
- Vermeld wat je aanbiedt of zoekt.
- Gebruik minimaal 3 bijvoeglijke naamwoorden (bijvoorbeeld: mooi, groot, goedkoop)
- Vermeld een prijs (indien van toepassing)
- Vermeld hoe mensen contact met je kunnen opnemen-

Slide 2 - Tekstslide

Je verkoopt je fiets.
Schrijf een advertentie om je fiets te verkopen.

Slide 3 - Open vraag

Een aankondiging schrijven
Bestudeer les 11 in je boek!
Je krijgt zometeen een opdracht. 
timer
1:00
Bij een goede aankondiging gebruik je de 5W en 1H:

Wat: Wat gaat er gebeuren?
Wie: Wie organiseert het? En voor wie is het bedoeld?
Waar: Waar vindt het plaats?
Wanneer: Op welke datum en tijd?
Hoe: Hoe kan men meedoen of zich aanmelden?
Waarom: Waarom gebeurt het?

Slide 4 - Tekstslide

Schrijf een aankondiging voor een filmavond op school.

Slide 5 - Open vraag

Instructie schrijven
Doel van de opdracht
Je schrijft een  duidelijke instructie met de gebiedende wijs en signaalwoorden.

Uitleg
Bij instructies gebruik je de gebiedende wijs  (ik-vorm) van werkwoorden (zoals "neem", "doe", "ga").
Signaalwoorden helpen om de volgorde duidelijk te maken: eerst, dan, daarna, vervolgens, ten slotte.

De opdracht
Schrijf een korte instructie voor één van deze activiteiten:
Een boterham met kaas maken
Een tafel dekken
Een fietsband plakken
Een foto maken met je telefoon
- Gebruik minimaal 5 stappen
- Gebruik de gebiedende wijs bij elke stap
- Gebruik alle signaalwoorden: eerst, dan, daarna, vervolgens, ten slotte

Slide 6 - Tekstslide

Voorbeeld
Hoe je een kopje thee zet:
Eerst vul de waterkoker met water.
Dan zet de waterkoker aan.
Daarna pak een kopje en doe er een theezakje in.
Vervolgens giet het kokende water in het kopje.
Ten slotte wacht twee minuten en haal het theezakje eruit.

Slide 7 - Tekstslide

Schrijf de instructie.
Kies uit:
- Een boterham met kaas maken
- Een tafel dekken
- Een fietsband plakken
- Een foto maken met je telefoon
- Gebruik minimaal 5 stappen
- Gebruik de gebiedende wijs bij elke stap
- Gebruik alle signaalwoorden: eerst, dan, daarna, vervolgens, ten slotte
- Gebruik minimaal 5 stappen
- Gebruik de gebiedende wijs bij elke stap
- Gebruik alle signaalwoorden: eerst, dan, daarna, vervolgens, ten slotte

Slide 8 - Open vraag

Een dagboekfragment schrijven.
Je schrijft een dagboekfragment altijd in de verleden tijd.
Let dus op de werkwoorden!

Je maakt gebruik van bepalingen van tijd, zoals ' op zondag',         'vorige week' , 'deze ochtend' . 
Let dus op de woordvolgorde!

Slide 9 - Tekstslide

Wat heb je in de vakantie gedaan? Kies 1 activiteit en beschrijf deze.

Slide 10 - Open vraag


Door deze les heb ik een goed gevoel dat ik de volgende keer een betere score haal op de toets! 
😒🙁😐🙂😃

Slide 11 - Poll