Aard: Hoe voelt het precies / hoe ziet het er precies uit / wat werkt er precies niet meer / ...........
Locatie: Waar zit de klacht
Tijdsbeloop: Hoe lang bestaat de klacht, wordt het erger / minder, is het aanvalsgewijs of continue, ......
Invloeden: Wordt de klacht ergens erger / minder erg door, Beïnvloed de klacht bepaalde handelingen
Samenhang: Zijn er nog andere klachten / symptomen?