In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Welkom bij het vak geschiedenis !!
Slide 1 - Tekstslide
Deze les
Welkom, Regels, even voorstellen, wat heb je nodig
Waarom krijg je het vak geschiedenis op school ?
Slide 2 - Tekstslide
Drie regels
1. Je spullen zijn in orde. (laptop is opgeladen, boeken en schrift bij je)
2. Je zit op een vaste plek
3. telefoons zijn uit/stil. En in je tas
Slide 3 - Tekstslide
Inloggen op
classroom
memo
lessonup
Slide 4 - Tekstslide
Heb jij in de vakantie iets historische gezien? Wat?
Slide 5 - Open vraag
Waar gaan we het over hebben dit jaar?
1. Jagers en verzamelaars
2. Grieken
3 Romeinen
4. Monniken en ridders
5. Steden en staten
6. Ontdekkers en hervormers
Slide 6 - Tekstslide
Zoek voor Hoofdstuk 1 één afbeelding die hier goed bij past!
Slide 7 - Open vraag
Zoek voor Hoofdstuk 3 één afbeelding die hier goed bij past!
Slide 8 - Open vraag
Zoek voor Hoofdstuk 5 één afbeelding die hier goed bij past!
Slide 9 - Open vraag
Welk onderwerp ben je het meest benieuwd naar?
Slide 10 - Woordweb
Lees: Waarom krijg je het vak geschiedenis op school ?
Bespreek : Wat is volgens jullie de belangrijkste reden?
1. – Kennis van het verleden helpt je te begrijpen waarom de wereld om je heen is zoals hij is – en waarom jij bent wie je bent. Zo hebben conflicten tussen mensen vaak te maken met wat er in het verleden is gebeurd.
2 – Bij het vak geschiedenis vraag je je af wat waar is. Dat komt van pas als je het verleden onderzoekt, maar ook als je wilt controleren of een nieuwsbericht echt of nep is.
3 – Bij het vak geschiedenis leer je dat mensen – vroeger én nu – altijd verschillende meningen hebben over de wereld om hen heen.
4 – Bij het bestuderen van het verleden praat je veel over de ideeën en het gedrag van mensen in het verleden. Je denkt na over wat mensen vroeger goed en fout vonden en waarom. Bijvoorbeeld: was het tijdens de Tweede Wereldoorlog verkeerd om niet bij het verzet te gaan? Nadenken over zulke vragen helpt je ook om in deze tijd te bepalen wat je goed en slecht vindt.
5 - ....... (misschien heb je nog een reden bedacht)
Slide 11 - Tekstslide
Geschiedenis gaat de dingen die mensen vroeger hebben meegemaakt
Om niet in de war te raken, zetten we belangrijke gebeurtenissen op een rijtje: tijdbalk
We noemen dit ook wel chronologie
Slide 12 - Tekstslide
Soms hebben jaren samen een aparte naam:
decennium
eeuw
millennium
Slide 13 - Tekstslide
Een eeuw duurt 100 jaar.
De 1e eeuw loopt van het jaar 1 tot 99.
De 2e eeuw loopt van het jaar 100 tot 199.
De 3e eeuw loopt van het jaar 200 tot 299.
De 16e eeuw loopt van jaar 1500 tot 1599.
Slide 14 - Tekstslide
Christelijke jaartelling
Begint bij het jaar 1 (let op: het jaar 0 bestaat niet!)
Geboorte van Christus
Meest gebruikte jaartelling
Maar...de geschiedenis begint natuurlijk niet pas bij het jaar 1!
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
De tien tijdvakken
Bedacht voor het onderwijs
Beginnen allemaal met: "De tijd van..."
Zijn niet allemaal even lang: sommige zijn meer dan 1000 jaar, andere maar 50 jaar.
Er is gekeken naar kenmerken: "Waaraan kun je ze herkennen?
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
wat weet je al over bronnen?
Slide 21 - Woordweb
Geschreven bronnen
Boeken
Brieven
Rekeningen
Slide 22 - Tekstslide
Ongeschreven bronnen
Grotschilderingen
Speerpunten
Bodemlagen
Graven
Munten
....niet schrikken
Slide 23 - Tekstslide
Otzi gevonden!
Slide 24 - Tekstslide
Door onderzoek
Weet men min of meer hoe het leven van Otzi is gegaan!
Slide 25 - Tekstslide
Prehistorie
Historie = geschreven geschiedenis
Pre = voor
Tijd vóór dat mensen konden schrijven
Slide 26 - Tekstslide
Prehistorie
De prehistorie eindigt niet overal ter wereld op hetzelfde moment!
Als een volk een schrift ontwikkelt dan begint voor dat volk de historie.
........en nu een paar vragen !!!!!!
Slide 27 - Tekstslide
Uit welke eeuw is het volgende jaartal?
31
A
1e eeuw v. Chr
B
1e eeuw n. Chr.
C
2e eeuw v. Chr.
D
2 eeuw n. Chr.
Slide 28 - Quizvraag
Uit welke eeuw is het volgende jaartal?
299 v. Chr.
A
2e eeuw v. Chr
B
2e eeuw n. Chr.
C
3e eeuw v. Chr.
D
3 eeuw n. Chr.
Slide 29 - Quizvraag
Uit welke eeuw is het volgende jaartal?
1612
A
16e eeuw v. Chr
B
16e eeuw n. Chr.
C
17e eeuw v. Chr.
D
17e eeuw n. Chr.
Slide 30 - Quizvraag
Bronnen uit de prehistorie zijn alleen ongeschreven bronnen
A
waar
B
niet waar
Slide 31 - Quizvraag
Bronnen uit de historie zijn alleen geschreven bronnen.
A
waar
B
niet waar
Slide 32 - Quizvraag
Wat voor werk doet een archeoloog?
A
Bestudeert geschreven bronnen.
B
Doet opgravingen en reconstrueert.
C
Bestudeert botten.
D
Bestudeert dieren.
Slide 33 - Quizvraag
Een tijdvak is ....
A
Een eeuw uit de geschiedenis
B
Een periode uit de geschiedenis
C
Een ander woordvoor tijbalk
D
De chronologische volgorde
Slide 34 - Quizvraag
Kies het juiste antwoord. De prehistorie is:
A
de periode voor het begin van onze jaartelling.
B
de periode voor er mensen leefden.
C
de periode voor de uitvinding van het schrift.
D
de periode na de uitvinding van het schrift.
Slide 35 - Quizvraag
Hoe noem je een periode van 10 jaar?
A
Millenium
B
Een eeuw
C
Een halve eeuw
D
Een decennium
Slide 36 - Quizvraag
De oppergod van de grieken heet..
A
Jupiter
B
Zeus
C
poseidon
D
mars
Slide 37 - Quizvraag
Dit gebouw kom je tegen in de stad...
A
Milaan
B
Rome
C
Madrid
D
Athene
Slide 38 - Quizvraag
Het eerste dier dat een ruimtereis maakte was een..