4.3 Consumeren of consuminderen? - 2MHa

Hoofdstuk 4 - Paragraaf 3
Vorige les - §4.1
Uitleg §4.2 
  • Wat moet je kennen?
  • Watervoetafdruk
  • Duurzaam eten
  • Zelfstandig werken aan §4.2
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 4 - Paragraaf 3
Vorige les - §4.1
Uitleg §4.2 
  • Wat moet je kennen?
  • Watervoetafdruk
  • Duurzaam eten
  • Zelfstandig werken aan §4.2

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Vorige les - §4.2
Uitleg §4.3
  • Wat moet je kennen?
  • Kleding produceren
  • Duurzaam
  • Zelfstandig werken aan §4.3

Slide 2 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen de ecologische- en watervoetafdruk?

Slide 3 - Open vraag

Vorige les §4.2
Wat is het verschil tussen de ecologische- en watervoetafdruk?
De ecologische voetafdruk gaat over de hoeveelheid ruimte die je nodig hebt om te leven, terwijl de watervoetafdruk gaat over hoeveel liter water er nodig is voor een product. 

Ecologische voetafdruk = ruimte die een persoon nodig heeft om te leven
Watervoetafdruk = hoeveel liter water er nodig is om een product te maken

Slide 4 - Tekstslide

Wat moet je kennen?
Begrippen: cradle-to-cradle, gerecycled, productieketen, milieuvervuiling, groene stroom, enerigeneutraal
  • Je weet wat de levensloop van een product, cradle-to-cradle, recycling en energieneutraal betekenen
  • Je begrijpt waarom het moeilijk is om producten echt duurzaam te produceren en duurzaam te wonen

Slide 5 - Tekstslide

Vaak gaan we niet erg duurzaam om met producten die we kopen (= consumeren)→ Korte levensduur 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

1: De consument wil
goedkope kleding.
2: Het kledingbedrijf laat kleding goedkoop in Bangladesh maken.
3:  Chemische textielverf komt in het riool = milieuvervuiling
4. Grote containerschepen vervoeren de kleding naar Nederlandse winkels 
5: Je T-shirt ligt nu in de winkel. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Hoeveel miljoen kledingstukken komen Ghana binnen elke week?
A
7 miljoen
B
15 miljoen
C
20 miljoen
D
23 miljoen

Slide 10 - Quizvraag

Hoeveel procent van de kleding is niet meer goed bruikbaar en wordt direct afval?
A
20%
B
60%
C
50%
D
40%

Slide 11 - Quizvraag

Duurzamer omgaan door:
Cradle-to-cradle = producten kunnen na gebruik weer worden hergebruikt of als grondstof gebruikt worden 
+ Recycling 

Slide 12 - Tekstslide