,

DEF@ctO | VO2 | les 17 | deel 3 | taalverzorging | passieve vorm

les 17 deel 3
VO 2
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsTaalverzorging+1Middelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Introductie

Doel: ik weet wat de actieve vorm en de passieve vorm is van een zin. Ik kan actieve zinnen omzetten naar passieve zinnen.

Instructies

De lesstof van les 17 & 18 zijn onder andere gebaseerd op les 9 van Vlot Nederlands
Thema: kunst (tentoonstellingen, een bekroonde animatie, Han van Meegeren, vervalsen)

De leerlingen leren in deze les het verschil tussen actieve en passieve zinnen. Neem samen de theorie door. Daarna eerst samen inoefenen in LessonUp. Neem de tijd om de theorie uit te leggen en in te oefenen.
Leerlingen maken in NUMO:
Grammatica 2f > L Lijdend voorwerp
2. lijdende vorm

Instructies

Onderdelen in deze les

les 17 deel 3
VO 2

Slide 1 - Tekstslide

Bezoek onze website:
Les 17 deel 3
Taal
Doel: ik weet wat de actieve vorm en de passieve vorm is van een zin. Ik kan actieve zinnen omzetten in passieve zinnen en andersom.

Slide 2 - Tekstslide

Bespreek de lesdoelen van deze les.
Bron afbeelding.

passieve vorm = lijdende vorm
 
1      als het lijdend voorwerp belangrijker is dan het onderwerp.

De chirurg opereert mijn vader.         >      Mijn vader wordt geopereerd.

Let op: als je het onderwerp toch wilt noemen in de passieve zin, dan gebruik je 'door'. 

Deze taart is gebakken door de beste bakker van de stad.


2      in formele zinnen. De passieve vorm is immers onpersoonlijk, neutraal.
 
Op 1 maart wordt het filiaal geopend.

Slide 3 - Tekstslide

bron: ‘Vlot Nederlands’ van Fros van der Maden (Edutekst 2018/2019). p. 116-117
De tegenwoordige en verleden tijd maak je met 'worden' + het voltooid deelwoord.

Slide 4 - Tekstslide

bron: ‘Vlot Nederlands’ van Fros van der Maden (Edutekst 2018/2019). p. 116-117.
De voltooid tegenwoordige en voltooid verleden tijd maak je met 
'zijn' + het voltooid deelwoord.

Slide 5 - Tekstslide

bron: ‘Vlot Nederlands’ van Fros van der Maden (Edutekst 2018/2019). p. 116-117.


De vrouw die je daar ziet, is heel gelukkig.
Het examen dat jullie gaan maken, is niet moeilijk.
De vrouw die je daar ziet, is heel gelukkig.
Het examen dat jullie gaan maken, is niet moeilijk.
Is deze zin actief of passief?
Mijn verstandskies wordt morgen getrokken.
A
actief
B
passief

Slide 6 - Quizvraag

Antwoord: B passief.
Leg uit hoe je dat kan zien.


De vrouw die je daar ziet, is heel gelukkig.
Het examen dat jullie gaan maken, is niet moeilijk.
De vrouw die je daar ziet, is heel gelukkig.
Het examen dat jullie gaan maken, is niet moeilijk.
Welke zin is beter?
A
De tandarts trekt morgen mijn verstandskies.
B
Mijn verstandskies wordt morgen getrokken.

Slide 7 - Quizvraag

Antwoord: B Mijn verstandskies wordt morgen getrokken.

Bespreek waarom: de nadruk ligt op de verstandskies en niet op de tandarts.


De vrouw die je daar ziet, is heel gelukkig.
Het examen dat jullie gaan maken, is niet moeilijk.
De vrouw die je daar ziet, is heel gelukkig.
Het examen dat jullie gaan maken, is niet moeilijk.
Is deze zin actief of passief?
Er wordt niet gerookt in dit gebouw.
A
actief
B
passief

Slide 8 - Quizvraag

Antwoord: B passief.
Leg uit hoe je dat kan zien.


De vrouw die je daar ziet, is heel gelukkig.
Het examen dat jullie gaan maken, is niet moeilijk.
De vrouw die je daar ziet, is heel gelukkig.
Het examen dat jullie gaan maken, is niet moeilijk.
Is deze zin actief of passief?
Aan het begin van de les maken jullie vandaag een dictee.
A
actief
B
passief

Slide 9 - Quizvraag

Antwoord: A actief.
Leg uit hoe je dat kan zien.


De vrouw die je daar ziet, is heel gelukkig.
Het examen dat jullie gaan maken, is niet moeilijk.
De vrouw die je daar ziet, is heel gelukkig.
Het examen dat jullie gaan maken, is niet moeilijk.
Welke zin is beter?
A
Aan het begin van de les maken jullie vandaag een dictee.
B
Er wordt vandaag door jullie aan het begin van de les een dictee gemaakt.

Slide 10 - Quizvraag

Antwoord: A Aan het begin van de les maken jullie vandaag een dictee.
Kan iemand uitleggen waarom?


De vrouw die je daar ziet, is heel gelukkig.
Het examen dat jullie gaan maken, is niet moeilijk.
De vrouw die je daar ziet, is heel gelukkig.
Het examen dat jullie gaan maken, is niet moeilijk.
Is deze zin actief of passief?
Han van Meegeren werd tot twee jaar gevangenisstraf veroordeeld.
A
actief
B
passief

Slide 11 - Quizvraag

Antwoord: B  passief.
Leg uit hoe je dat kan zien.


De vrouw die je daar ziet, is heel gelukkig.
Het examen dat jullie gaan maken, is niet moeilijk.
De vrouw die je daar ziet, is heel gelukkig.
Het examen dat jullie gaan maken, is niet moeilijk.
Is deze zin actief of passief?
We wijzigen uw contract per 1 maart aanstaande.
A
actief
B
passief

Slide 12 - Quizvraag

Antwoord: A actief.
Leg uit hoe je dat kan zien.

Maak de zin actief.
Je wordt door mij van harte gefeliciteerd met je geweldige prestatie!

Slide 13 - Open vraag

Antwoord: ik feliciteer je van harte met je geweldige prestatie!

Maak de zin passief.
Bouwvakkers hebben in onze wijk nieuwe huizen gebouwd.

Slide 14 - Open vraag

Antwoord: In onze wijk zijn nieuwe huizen gebouwd.

Maak de zin passief. (laat het onderwerp weg)
De schoenmaker repareert mijn schoenen.

Slide 15 - Open vraag

Mijn schoenen worden gerepareerd

Maak de zin passief. (laat het onderwerp weg)
Morgen opent de burgemeester het nieuwe museum.

Slide 16 - Open vraag

Morgen wordt het nieuwe museum geopend.

Maak de zin passief. (laat het onderwerp weg)
Ik heb de koffie al gezet.

Slide 17 - Open vraag

De koffie is al gezet.

Maak de zin passief. (laat het onderwerp weg)
Ze hebben de zij-ingang van het gebouw afgesloten.

Slide 18 - Open vraag

De zij-ingang van het gebouw is afgesloten.
passieve vorm = lijdende vorm

actieve vorm = bedrijvende vorm
Benamingen

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak de weektaak 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Meer oefenen en herhalen?
Bestel hier 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tot de volgende keer
bronnen:
naar: ‘Vlot Nederlands’ van Fros van der Maden (Edutekst 2018/2019)




Slide 22 - Tekstslide

Bezoek ook onze website: