Samenvattend werkblad

Natuurkunde
Op tafel
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Natuurkunde
Op tafel

Slide 1 - Tekstslide

Lezen
timer
5:00

Slide 2 - Tekstslide

Spelregels Practicum
  • Alleen een geodriehoek, potlood en rekenmachine op tafel.
  • Tas voorin de klas.
  • Je werkt fluisterend samen met degene naast je.
  • Afkijken of overleggen met iemand anders = 1,1

Slide 3 - Tekstslide

s
t
F
s
F
t
F      t        m     v

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

: 3,6                         x60            x60  
x 3,6                         :60            :60  
x1000

:1000

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

4.1
v=ts
vts
(s,t)-diagram: een diagram van de afgelegde afstand. Uit de helling kan je de snelheid afleiden.

(v,t)-diagram: een diagram van de snelheid. Uit het oppervlakte onder de grafiek kan je de afgelegde afstand afleiden.

Bij een constante snelheid is de resulterende kracht nul: de meewerkende en tegenwerkende krachten zijn aan elkaar gelijk.

Slide 10 - Tekstslide

Mirjam gaat een stuk wandelen. Ze legt de wandeling van 4,7 km af in 55 minuten.
Bereken haar snelheid in meter per seconde.

Slide 11 - Open vraag

Mirjam gaat een stuk wandelen. Ze legt de wandeling van 4,7 km af in 55 minuten.
Bereken haar snelheid in kilometer per uur.

Slide 12 - Open vraag

4.2
FsW
Arbeid is de energie die nodig is om een kracht uit te oefenen over een bepaalde afstand.

Een kracht in de richting van de beweging levert positieve arbeid.

Een kracht tegen de richting van de beweging in levert negatieve arbeid.

W=Fs

Slide 13 - Tekstslide

Een sleepboot trek met een kracht van 30 kN een sleepboot 0,2 km door de haven.

Bereken hoeveel arbeid de sleepboot levert.

Slide 14 - Open vraag

Een biljarter duwt met zijn keu met een kracht van 30 N tegen een biljartbal. De bal heeft hierna 4,0 J aan beweging energie.

Bereken afstand waarover de biljarter tegen de bal aan heeft gestoten.

Slide 15 - Open vraag

4.3
Je kent de betekenis van de begrippen reactietijd, reactieafstand, stopafstand en remweg.

Je kent de betekenis van de begrippen botskracht en stopkracht.

Je kunt veiligheidsmaatregelen noemen om de botskracht en stopkracht te verkleinen.

Slide 16 - Tekstslide

Verlaagt botskracht
Verlaagst stopkracht

Slide 17 - Sleepvraag

Heeft invloed op reactieafstand
Heeft invloed op remafstand

Slide 18 - Sleepvraag

4.4
stoot=Ft
Ft=mv
Ftstoot
De combinatie van de kracht en de tijd waarin je die kracht uitoefent heet in de natuurkunde de stoot.

Slide 19 - Tekstslide

Een honkbalknuppel oefent gedurende 0,1 seconde een kracht van 200 N uit op een bal. Bereken de stoot.

Slide 20 - Open vraag

Een stilstaande tennisbal (65 gram) krijgt gedurende 0,2 seconde een klap van 10 N. Bereken de snelheid van de bal na de slag.

Slide 21 - Open vraag

Woensdag practicum
(voor een cijfer)
Meenemen:
Voorbereiden:


  • Lees blz 111 en 112
  • Leer stappenplan diagrammen tekenen

Slide 22 - Tekstslide