Eén volk, één land, één leider, 1933-1939

Eén volk, één land, één leider
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Eén volk, één land, één leider

Slide 1 - Tekstslide

geen exacte definitie van de ideologie van het nationaal-socialisme, wel een omschrijving:
Het is een politieke stroming, populair in de periode van het interbellum, die zich keert tegen de parlementaire democratie, tegen  het kapitalisme, tegen het communisme en socialisme. Zij streeft naar de grootheid van de natie en is voorstander van een sterk autoritair gezag. 
Je zou dus beter kunnen zeggen dat het een soort van anti-leer is, nationaal-socialisten zijn overal tegen.

Slide 2 - Tekstslide

kenmerken van het nationaal-socialisme
dynamiek
elitegedachte
mystieke natiebegrip
leidersbeginsel
totalitarisme



Slide 3 - Tekstslide


Wat houden deze kenmerken in?

Hoe zou je deze kenmerken in de praktijk kunnen brengen?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

totalitarisme betekent
A
dat één leider alles bepaalt
B
de staat bepaalt wat je doet en denkt.
C
dat er sprake is van een dictatuur
D
dat er geen vrijheid van meningsuiting is

Slide 8 - Quizvraag

Kunstenaars in de tijd van Hitler
A
waren vrij hun creatieve gedachten te uiten
B
kwamen terecht in concentratiekampen
C
moesten lid worden van de Rijkscultuurkamer
D
mochten protesteren tegen Hitler.

Slide 9 - Quizvraag

Volgens het nationaal-socialisme
A
waren alle rassen gelijk.
B
waren Arische mensen Üntermenschen.
C
behoorden Joden tot het Arische ras.
D
was het Arische ras superieur.

Slide 10 - Quizvraag

Hitlers populariteit steeg doordat
A
hij de hoge werkloosheid kon terugdringen.
B
er steeds meer sprake was van democratie.
C
hij zich hield aan de bepalingen van Versailles
D
hij een nieuwe oorlog wilde vorkomen.

Slide 11 - Quizvraag

huiswerk maandag 14 dec.
  • P.O par  4.9.2 inleveren in magister >ELO>opdrachten>opdracht propagandaposter: als je de poster niet digitaal maakt dan maak je een duidelijke foto van de poster en lever je die in.
  • lezen blz. par 4.4. 1 t/m 4.4.3
  • maken opdrachten par 4.4, 1 t/m 5

Slide 12 - Tekstslide