Introductie Facilitaire Dienstverlening

Facilitaire dienst
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
Basisvaardigheden Zorg en Welzijn Les 3MBOStudiejaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Facilitaire dienst

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
  • Hoe ziet komende periode eruit?

Vandaag introductie FD 
  • Vandaag leer je wat facilitaire dienst inhoudt
  • Je leert de kenmerken van de facilitaire dienst
  • Je leert waar je de facilitaire dienst kan vinden in een bedrijf

Slide 2 - Tekstslide

Inhoud KD
  • Theorie
  • Opdrachten
  • Praktijk
  • Eindopdracht 
  • Praktijkexamen 

Slide 3 - Tekstslide

Facilitaire dienst?

Slide 4 - Woordweb

Slide 5 - Video


Welke facilitaire diensten hebben we op school?

Slide 6 - Open vraag

Facilitaire dienst. Wat is dat?

  • Het beste kan je een facilitaire dienst vergelijken met het voeren van een huishouden in het gezin.
  •  Eten koken, de kamers inrichten, schoonmaken, inkopen doen, versiering aanbrengen, de was doen, een verjaardagsfeestje geven, rekeningen betalen, planten water geven, de huisdieren verzorgen etc..

Slide 7 - Tekstslide

Facilitair maakt het mogelijk!
De facilitaire dienst maakt het mogelijk dat anderen hun werk goed kunnen doen. Het is dus een belangrijk beroep!

Slide 8 - Tekstslide

De facilitaire dienst zorgt dat:
  •  De mensen in het bedrijf kunnen eten en drinken
  •  De ruimten in het bedrijf schoon zijn
  • Mensen in het bedrijf goed worden ontvangen en wegwijs worden gemaakt
  •  In het bedrijf post, pakketjes en afval op de juiste plaatsen terecht komen
  • Het bedrijf op tijd de deuren heeft geopend


Slide 9 - Tekstslide

Kenmerken
Waarin verschilt de facilitaire dienst nu met een huishouden thuis?
  • De facilitaire dienst is voor grote groepen mensen. Soms 50, soms 500 maar bij concerten bijvoorbeeld wel zo'n 10.000 mensen. 

Slide 10 - Tekstslide

Kenmerk 2
De dienstverlening is complexer omdat deze zakelijk is. Er wordt voor de geleverde diensten veel geld betaald. Mensen en bedrijven willen dus goede producten en diensten.

Slide 11 - Tekstslide

Kenmerk 3
  • Je kan veel makkelijker weten wat mensen in het bedrijf allemaal willen. Thuis ben je met een aantal personen, je kan makkelijker vragen wat ieders wens is. 

Slide 12 - Tekstslide

Kenmerk 4
  • Je mag minder fouten maken dan thuis. Als je thuis jouw eten laat aanbranden, is dat vervelend maar als dit gebeurt voor 500 personen zijn de gevolgen groter. (Veel ontevreden mensen)

Slide 13 - Tekstslide

Waar kan je de facilitaire dienst vinden?
In elk verzorgingstehuis, ziekenhuis, hotel, bungalowpark of kantoor zijn mensen werkzaam in de facilitaire dienst. Deze mensen zie je niet vaak als je bij het bedrijf naar binnen loopt. 
Toch zie je dat alles er netjes en verzorgd uitziet. Dat je jas op kan hangen en de koffie klaar staat. 
Daar is de facilitaire dienst verantwoordelijk voor. 

Slide 14 - Tekstslide

Welke taken horen bij FD

Slide 15 - Tekstslide

Bloemen verkopen op de markt
A
wel
B
niet

Slide 16 - Quizvraag

Groenvoorziening verzorgen
A
Wel
B
Niet

Slide 17 - Quizvraag

Post ontvangen en verwerken
A
Wel
B
Niet

Slide 18 - Quizvraag

Werkomgeving schoonhouden
A
Wel
B
Niet

Slide 19 - Quizvraag

Magazijn bijhouden
A
Wel
B
Niet

Slide 20 - Quizvraag

Koken in een sterrenrestaurant
A
Wel
B
Niet

Slide 21 - Quizvraag

Kopieerwerk doen
A
Wel
B
Niet

Slide 22 - Quizvraag

Luiers verschonen in een kinderdagverblijf
A
Wel
B
Niet

Slide 23 - Quizvraag

Maaltijden verzorgen
A
Wel
B
Niet

Slide 24 - Quizvraag

Patiënten verzorgen in een ziekenhuis
A
Wel
B
Niet

Slide 25 - Quizvraag

Zorgen voor het linnengoed
A
Wel
B
Niet

Slide 26 - Quizvraag

Opdracht
Facilitaire dienstverlening komt vooral voor op plaatsen waar veel mensen wonen, werken of verzorgd worden.

 

Zoek op YouTube op het zoekwoord ‘facilitaire dienstverlening’. Dan vind je een aantal filmpjes (bijvoorbeeld Blokker of Albert Heijn). Bekijk een paar filmpjes. Kies er één uit die je aanspreekt.

Beantwoord de volgende vragen voor het filmpje dat jij bekeken hebt.
  • Schrijf op welk filmpje je gezien hebt. Over welke organisatie gaat dit filmpje?
  • Wat spreekt jou aan in het werk als facilitair medewerker bij deze organisatie?
  • Wat lijkt jou minder leuk aan het werk als facilitair medewerker bij deze organisatie?






Slide 27 - Tekstslide

Praktijksituatie

Slide 28 - Tekstslide