a. Wat wordt er bedoeld met het begrip ‘reikwijdte’?
De maximale afstand die mensen willen reizen voor een voorziening.
b. Annie woont in Valthe. Ze wil graag boodschappen doen. Hiervoor kan ze naar Odoorn (3,4 km)of naar Emmen (7,9 km)gaan. Naar welke plaats zal ze gaan om haar boodschappen te halen
Naar Odoorn.
c. Leg je antwoord bij 1b uit met behulp van het begrip reikwijdte.
De reikwijdte van een supermarkt is klein (een paar kilometer), dus Annie zal naar de dichtstbijzijnde supermarkt gaan.
d. Leg uit waarom de afstand minder belangrijk is als Annie een bezoek brengt aan het Rijksmuseum in Amsterdam. Minder belangrijk, omdat het Rijksmuseum een gespecialiseerde voorziening is, en daarvoor is de reikwijdte veel groter (ze wil daarvoor verder reizen).