Basis Toetsvoorbereiding H5

Toetsvoorbereiding Basis
  • bespreken welke opdrachten er op de toets komen.
  • oefenen toetsopdrachten. 
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Toetsvoorbereiding Basis
  • bespreken welke opdrachten er op de toets komen.
  • oefenen toetsopdrachten. 

Slide 1 - Tekstslide

1. Vertel in het Engels van vijf dieren hun naam en één eigenschap.
10 punten 
5 punten voor 5 dieren
(dolfijn / zebra / olifant / beer/ etc.)

5 punten voor 5 eigenschappen
(vacht / klauwen / schubben / etc.) 

Slide 2 - Tekstslide

Vertel in het Engels hoe dit
dier heet en noem 1 eigenschap.

Slide 3 - Open vraag

Vertel in het Engels hoe dit
dier heet en noem 1 eigenschap.

Slide 4 - Open vraag

2. Maak een Engelse zin met het woord
5 punten
zorg dat de betekenis van het woord duidelijk wordt
zin is minimaal 3 woorden

Goed 
elephant = an elephant has big ears.

Fout
elephant = I have an elephant.

Slide 5 - Tekstslide

Maak een Engelse zin met het woord:
pet

Slide 6 - Open vraag

Maak een Engelse zin met het woord:
shelter

Slide 7 - Open vraag

3. stripje dieren uiterlijk
6 punten
Kijk naar het plaatje, vertel in het Engels wat er in het wolkje moet staan.

  • Maak een hele zin (minimaal 5 woorden per zin).
  • Een zin begint met een hoofdletter en eindigt met een leesteken.!?

Slide 8 - Tekstslide

Kijk naar het plaatje, vertel in het Engels
wat er in het wolkje moet staan.

Maak een hele zin (minimaal 5 woorden per zin).


Slide 9 - Open vraag

4. stripje dieren gedrag
6 punten
Kijk naar het plaatje, wat moet er in het groene praatwolkje komen te staan?

Schrijf één Engelse zin (minimaal 4 woorden).
Gebruik de Engelse vertaling van het woord tussen haakjes.

Slide 10 - Tekstslide

Kijk naar het plaatje, wat moet er in
het groene praatwolkje komen te staan?

Schrijf één Engelse zin (minimaal 4 woorden).

Slide 11 - Open vraag

5. maak de zinnen af (much / many)
5 punten
1 How much / many players are in a handball team?


2 How much / many pocket money do you get per week?

3 How much / many time is left?



Slide 12 - Tekstslide

How much / many players are in a handball team?
A
much
B
many

Slide 13 - Quizvraag

How much / many pocket money do you get per week?
A
much
B
many

Slide 14 - Quizvraag

How much / many time is left?

A
much
B
many

Slide 15 - Quizvraag

6. Kies uit | 's | ' | of |
5 punten
1 This is Julian | 's | ' | of | book.

2 The children  | 's | ' | of | room is nice.

3 Our parents  | 's | ' | of | van is big.

4 The lakes  | 's | ' | of | Scotland are beautiful.

5  The dogs  | 's | ' | of | food bowls are in the kitchen.








Slide 16 - Tekstslide

This is Julian | 's | ' | of | book.
A
's
B
'
C
of

Slide 17 - Quizvraag

The children | 's | ' | of | room is nice.
A
's
B
'
C
of

Slide 18 - Quizvraag

Our parents | 's | ' | of | van is big.
A
's
B
'
C
of

Slide 19 - Quizvraag

The lakes | 's | ' | of | Scotland are beautiful
A
's
B
'
C
of

Slide 20 - Quizvraag

The dogs | 's | ' | of | food bowls are in the kitchen.
A
's
B
'
C
of

Slide 21 - Quizvraag

Ik weet wat ik op de toets kan verwachten.
😒🙁😐🙂😃

Slide 22 - Poll