V4 Maerlant en rederijkers

Jacob van Maerlant in Damme
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Jacob van Maerlant in Damme

Slide 1 - Tekstslide

In de middeleeuwen is de maatschappij gericht op de kerk en het geloof. Met een moeilijk woord heet dit:

Slide 2 - Open vraag

theocentrisme
De term theocentrisme is samengesteld uit het Griekse θεός (theos, God) en κέντρον (kentron, midden van de cirkel) en verwijst naar een religieuze overtuiging waarbij een god of meerdere goden de wezenlijke kern uitmaken van ons wereldbeeld, dit in tegenstelling tot het antropocentrisme waarbij (uitsluitend) de mens centraal staat voor onze zingeving en ons begrip van de wereld.

Reeds in de oudheid was een verschuiving merkbaar van theocentrisme naar antropocentrisme, een ontwikkeling die omstreeks 600 v.Chr. in gang werd gezet door de Griekse natuurfilosofen waarvan Thales van Milete de eerste was.

De Europese middeleeuwen waren door de invloed van het christendom in hoofdzaak theocentrisch gericht. Vanaf de renaissance en vooral in de periode van de Verlichting met de opkomst van de natuurwetenschappen in de 17e eeuw won het antropocentrische wereldbeeld opnieuw terrein.

Slide 3 - Tekstslide


Slide 4 - Open vraag

Lees onderstaand liedje
Die winter is vergangen
Ik zie des meien schijn
Ik zie die bloemkens hangen
Des is mijn hart verblijd
Zo ver aan genen dale
Daar is ’t genoeglijk zijn
Daar zinget die nachtegale
Also menig woudvogelkein

Slide 5 - Tekstslide

In voorgaand liedje was er een typische middeleeuwse opening. Welke?

Slide 6 - Open vraag

Natureingang
Een natureingang (letterlijk vertaald 'natuur-ingang') is een korte, stereotype natuurbeschrijving die als inleiding gebruikt wordt bij literaire teksten. Een natureingang komt vaak voor in middeleeuwse lyrische (liefdes)gedichten en geeft meestal een beschrijving van een natuurtafereel in een bepaald seizoen. Doodgewone topoi zoals bloemen en geuren, bomen en vogelgezang, winter en koude komen heel vaak voor. De beschrijving van zo'n natuurtafereeltje bestaat meestal uit clichés en dient louter om de lezer in de sfeer te brengen van wat komen gaat. Soms wordt de natureingang ook als contrastelement gebruikt, zoals in Van den Vos Reynaerde: de lezer wordt op het verkeerde been gezet want in plaats van liefde en zorgeloosheid volgen verkrachting, moord en ander onrecht.

Slide 7 - Tekstslide

Welke twee type ridderromans worden in de middeleeuwen onderscheiden?

Slide 8 - Open vraag

Arthur- en Karelromans
Kenmerken van de Arthurromans:
Er komen veel sprookjesmotieven voor. Er is sprake van eerbied voor de vrouw. De zeden zijn verfijnder dan in de Karelromans. Arthur en de ridder van zijn hof vormen de ridders van Tafelronde.
De roman begint en eindigt aan het hof.

Kenmerken Karelromans:
Hier zijn soms sprookjesmotieven te ontdekken, maar er is geen enkele eerbied voor de vrouw te vinden. Onvoorwaardelijke trouw aan de koning is veel te vinden. Ook worden de mannelijke kracht en de bruutheid sterk benadrukt.

Slide 9 - Tekstslide

Jan van Brabant schreef bijvoorbeeld het lied 'Ic sach noyt so roden mont', met daarin de steeds terugkerende elementen van de hoofse minnelyriek. Lees het lied. Welke hoofse elementen herken je?
De zanger vertelt over de verblindende schoonheid van zijn geliefde, toch is hij in het diepst van het hart gewond. Hij is bereid tot onvoorwaardelijke dienstbaarheid en toont zich bezorgd dat haar iets zal overkomen.

nakijken Leswijs

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Link

schrijfplan
beschouwing
bronnen en schrijfplan maken voor beschouwing met centrale vraag: is het middeleeuwse werk dat ik gelezen heb nog zinvol voor mensen van nu?
bron 1 is bulkboek 
bron 2 is je eigen tekst van Reinart de vos
bron 3 en evt andere zoek je zelf

Slide 12 - Tekstslide

Jacob van Maerlant
1235-1300
volkstaal
de Spieghel Historiael
Rijmbijbel
Der nature bloemen
Alexanders geesten(grote daden)
kennis Willem die Madocke maakte
Heimlijkheid der heimelijkheden/vorstenspiegel
didacticus
Floris V leerling/mecenas

Slide 13 - Tekstslide

onderwijs in de middeleeuwen
kerkelijke instellingen
voertaal Latijn
trivium:grammatica, retorica en logica
quadrivium: rekenen, wiskunde, astronomie en muziektheorie
Universitiet in Leuven, Parijs, Orleans of Bologna

Slide 14 - Tekstslide

Jacob van Maerlant leefde van
A
1235-1300
B
1325-1400
C
1425-1500
D
1525-1600

Slide 15 - Quizvraag

Waarom is Jacob van Maerlant zo beroemd geworden?

Slide 16 - Open vraag

Hoe kwam het dat het onderwijs in de steden belangrijker was dan op het platte land?

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Link