Parels ontstaan als vreemde voorwerpen in een schelp gedrongen zijn, bijvoorbeeld een zandkorrel. Het dier in de schelp wordt daardoor geïrriteerd en in de mantel vormt zich een parelzak. De buitenhuid van de mantel vormt zich om het vreemde voorwerp en legt er steeds meer lagen parelmoer omheen. Alleen als het voorwerp helemaal omringt is door de mantel, vormt zich een fraaie ronde parel. Tegenwoordig worden er parels gekweekt. Daartoe wordt een voorwerp tussen schelp en mantel in een pareloester geplant. Na drie jaar is de parel rijp.