Blok 3 Spelling 3.6 en 3.7

Blok 3 Spelling
  • Pak je spullen.
  • Telefoon in telefoontas.
  • Log in bij Lesson up
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Blok 3 Spelling
  • Pak je spullen.
  • Telefoon in telefoontas.
  • Log in bij Lesson up

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik
Wat weet je nog van de vorige les?

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
  • herhalen van de spelling van het werkwoord in de tt en vt
  • het goed kunnen spellen van het voltooid deelwoord

Slide 3 - Tekstslide

5 spellingsregels van de persoonsvorm
Regel 1: Bij ik schrijf je de ik-vorm
Regel 2: Bij jij, u/hij/zij/het schrijf je de ik-vorm +t
Regel 3: Als je ik-vorm eindigt op -t, dan schrijf je geen extra t
Regel 4: Als je/jij achter de persoonsvorm staat, schrijf je de ik-vorm
Regel 5: Bij het meervoud schrijf je het hele werkwoord.

Slide 4 - Tekstslide

Ik vindt dat een erg grappig dier.

Verbeter de fout en welke regel hoort erbij?

Slide 5 - Open vraag

Het dier gebruikd een handig wapen.

Slide 6 - Open vraag

Wilt je weten wat?

Slide 7 - Open vraag

Schrijf de pv in de vt.
Het kind struikelt over zijn eigen voeten.

Slide 8 - Open vraag

De buschauffeur zwaait naar zijn collega.

Slide 9 - Open vraag

In een oude kist ontdek ik allemaal speelgoed.

Slide 10 - Open vraag

Mijn broertje gelooft nog in Sinterklaas.

Slide 11 - Open vraag

Door een klein foutje zakt de leerling voor het examen.

Slide 12 - Open vraag

Mijn ouders verrassen mijn broertje voor zijn verjaardag.

Slide 13 - Open vraag

Wij reizen per trein naar Frankrijk.

Slide 14 - Open vraag

Bij de sportdag rennen de jongens de longen uit hun lijf.

Slide 15 - Open vraag

Voltooid deelwoord
Ik werkte                   Ik heb gewerkt.        
Hoor je een t in de verleden tijd? Dan schrijf je het voltooid deelwoord ook met een t.
Ik verdwaalde                           Ik ben verdwaald.
Hoor je een d? Dan schrijf je het voltooid deelwoord ook met een d.

Slide 16 - Tekstslide

't kofschip  bij voltooid deelwoord
Voorbeeld: 
Hele werkwoord = betalen
Stap 1: stam = betal
Stap 2: laatste letter = l
Stap 3: De l staat niet in 't kofschip           Je schrijft een            Ik heb betaald.

Slide 17 - Tekstslide

't kofschip bij voltooid deelwoord
Hele werkwoord = juichen
Stap 1: stam = juich
Stap 2 = De laatste letter letter van de stam = ch
Stap 3: De ch staat in 't kofschip              Je schrijft een t.                 Ik heb gejuicht.

Slide 18 - Tekstslide

Wat is het voltooid deelwoord?
jammeren

Slide 19 - Open vraag

bewonderen

Slide 20 - Open vraag

kletsen

Slide 21 - Open vraag

vermaken

Slide 22 - Open vraag

Nu zelf aan de slag!
Maak opdracht 2 t/m 5
Klaar?
Oefen online grammatica en spelling blok 3
of 
Lees uit je boek.

Slide 23 - Tekstslide