Introductie Romeinen

Introductie & leven van een Romein


Tijdvak twee: De Grieken van Romeinen
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Introductie & leven van een Romein


Tijdvak twee: De Grieken van Romeinen

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen? 
  • Wat gaan we vandaag doen(5-10 minuten)
  • Uitleg: Introductie Romeinen (30 minuten).
  • Afsluiten van de les(10 minuten)

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag leren? 
  • Aan het einde van de les weten we de sociale lagen van het Romeinse Rijk. 
  • Aan het einde van de les weten we hoe het leven eruit zag van een rijke Romeinse burger. 

Slide 3 - Tekstslide

Wat weten jullie al van het onderwerp: Romeinse Rijk?

Slide 4 - Open vraag

Sociale lagen bij de Romeinen. 
  • Net zoals bij de Grieken, Egyptenaren en andere samenlevingen rond deze tijd hadden de Romeinen ook sociale lagen. 
  • Sociale lagen zijn verschillen in mensen in de vorm van aanzien, macht en rijkdom. 
  • Bij de Romeinen had je vier lagen. Die je kon verdelen in twee groepen, de patriciërs en de plebejers 

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Sociale lagen bij de Romeinen. 
  • Als eerste, de patriciërs, zij waren de rijke burgers, landbezitters en politici. 
  • Volgens verhalen zouden zij oorspronkelijk afstammen van Romulus, de stichter van Rome. 
  • Je kunt deze groep vergelijken met de politici van onze tijd zoals Mark Rutte. Rijken zoals prins Benard junior of de familie Heineken.  

Slide 7 - Tekstslide

Sociale lagen bij de Romeinen. 
  • Onder de patriciërs leefde de groep met de naam plebejers.  
  • Zij waren de normale burgers van Rome. Bijvoorbeeld de slager, smid, handelaar, soldaten en boeren. 
  • Je behoorde tot deze klasse als je Burgerrechten had en bezit had. Had je dat niet dan was je een proletariër. Iemand zonder rechten. 
  • De laagste lag waren de slaven, zij hadden helemaal geen rechten.

Slide 8 - Tekstslide

Als je een patriciërs was dan behoorde je tot welke klasse?
A
Adel en rijke
B
Burgers met burgerrechten
C
Burger zonder burgerrechten
D
De slaven

Slide 9 - Quizvraag

Waar of niet waar: Je moest bezit hebben om burgerrechten te krijgen in Rome
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Wie behoorde tot de laagste laag in de Romeinse samenleving?

Slide 11 - Open vraag

Het leven van een rijke Romein. 
  • Waarom kijken we precies naar de Rijke Romeinen? 
  • Als eerste begon je dag als rijke Romein met rijen bezoekers voor je deur van vrienden tot bezoekers van verschillende sociale lagen.
  • Je gaf instructies aan je slaven en je at samen met je vrienden. Je ontbijt bestond uit: kaas, eieren, vruchten, brood met knoflook met zout.    

Slide 12 - Tekstslide

Het leven van een rijke Romein. 
  • Na je ontbijt ga je samen met je vrienden richting je werk, namelijk de senaat. De senaat is waar alle belangrijke politici bij elkaar komen om wetten en besluiten te nemen. 
  • Je bent een van deze belangrijke politici een senator genoemd. Je bent een groot gedeelte van de dag bezig met het discussiëren van wetten en de wensen van het Romeinse volk. 

Slide 13 - Tekstslide

Het leven van een rijke Romein. 
  • Aan het einde van de dag ga je samen met je collega's terug naar je huis waar jouw slaven al druk bezig zijn met het voorbereiden van je avondmaal. 
  • Je krijg tijdens het enorme banket van gans tot kaviaar. Je dronk daarbij wijn verdunt met water en praten met je vrienden over de dag. 
  • Na het eten gaan je vrienden dronken naar huis en ga je naar bed.

Slide 14 - Tekstslide

Waarvoor werd de senaat gebruikt?

Slide 15 - Open vraag

Wie waren de senatoren?

Slide 16 - Open vraag

Zou jij zelf ook willen leven als een rijke Romein?
A
Ja
B
Nee

Slide 17 - Quizvraag

Maken Huiswerk 
Wat ? : Je gaat zelfstandig aan de slag met leerdoelen: 3.3 onderdeel A
Hoe ? : Je doet dit via Learnbeat
Tijd? : 10 minuten. 
Hulp? : De docent.
Klaar? : Ga verder met ander huiswerk, oefen begrippen of ga lezen in je leesboek.   
Resultaat : je hebt alvast je huiswerk gemaakt :D






Slide 18 - Tekstslide